De Nederlandse Staatsinrichting door de eeuwen heen

De Nederlandse Staatsinrichting door de eeuwen heen

Leerdoelen

- Leerlingen kunnen de ontwikkeling van de Nederlandse staatsinrichting beschrijven. 

- Leerlingen kunnen belangrijke personen en gebeurtenissen in de Nederlandse staatsinrichting benoemen. 

- Leerlingen kunnen bronnen analyseren en interpreteren.

Introduceer de leerdoelen en leg uit wat de leerlingen aan het einde van de les zullen kunnen.

Wat weet jij al over de Nederlandse staatsinrichting?

De Middeleeuwen

- De Nederlanden waren verdeeld in graven, hertogen en bisschoppen.
-

 De steden hadden beperkte macht en er was geen centraal gezag. 

- In 1291 werd de Staten-Generaal opgericht.

Vertel over de politieke situatie in de Middeleeuwen en introduceer de Staten-Generaal.

De Gouden Eeuw

- De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden was een republiek zonder koning.
- De Staten-Generaal had weinig macht, de steden hadden meer invloed.
- Johan de Witt was een belangrijke raadpensionaris.

Leg uit hoe de macht verdeeld was in de Republiek en noem belangrijke personen.

De Franse Tijd

- De Nederlanden werden ingelijfd bij Frankrijk en kregen een nieuwe grondwet.
- De koning had veel macht, er was geen Staten-Generaal.
- Na de val van Napoleon werd Willem I koning.

Beschrijf de invloed van de Franse Tijd op de Nederlandse staatsinrichting.

De Grondwet van 1814

- Willem I gaf Nederland een nieuwe grondwet. 

- Er kwam een parlement met twee kamers: de Eerste en Tweede Kamer. 

- Er was een scheiding der machten.

Leg de belangrijkste veranderingen uit die de Grondwet van 1814 met zich meebracht.

De Grondwet van 1848

- Er kwam algemeen kiesrecht voor mannen. 

- De Tweede Kamer kreeg meer macht, de koning minder. 

- Er kwam vrijheid van onderwijs.

Leg de belangrijkste veranderingen uit die de Grondwet van 1848 met zich meebracht.

De 20e Eeuw

- Er kwam algemeen kiesrecht voor vrouwen in 1919.
- De Tweede Wereldoorlog had grote invloed op de Nederlandse staatsinrichting.
- In 1983 kwam er een nieuwe grondwet.

Beschrijf de belangrijkste ontwikkelingen in de 20e Eeuw op het gebied van de Nederlandse staatsinrichting.

Belangrijke Personen

- Johan de Witt, raadpensionaris tijdens de Gouden Eeuw.
- Thorbecke, opsteller van de grondwet van 1848.
- Willem Drees, minister-president van Nederland na de Tweede Wereldoorlog.

Noem belangrijke personen uit de geschiedenis van de Nederlandse staatsinrichting.

Bronnen

- Grondwetten uit verschillende tijdperken.
- Krantenartikelen uit de tijd van belangrijke gebeurtenissen.
- Schilderijen en afbeeldingen van belangrijke personen.

Introduceer verschillende bronnen die leerlingen kunnen gebruiken om meer te leren over de Nederlandse staatsinrichting.

Opdracht: Analyseer een Grondwet

- Kies een grondwet uit een bepaald tijdperk.
- Analyseer de grondwet en maak aantekeningen over de belangrijkste punten.
- Presenteer je bevindingen aan de klas.

Geef een opdracht waarin leerlingen een grondwet moeten analyseren.

Opdracht: Maak een Tijdlijn

- Maak een tijdlijn van de Nederlandse staatsinrichting van de Middeleeuwen tot nu.
- Geef per tijdperk de belangrijkste gebeurtenissen en personen aan.
- Presenteer je tijdlijn aan de klas.

Geef een opdracht waarin leerlingen een tijdlijn moeten maken van de Nederlandse staatsinrichting.

Voorbeeld van een Analyse

- Grondwet van 1814:
- Parlement met twee kamers
- Scheiding der machten
- Grondwet van 1848:
- Algemeen kiesrecht voor mannen
- Tweede Kamer krijgt meer macht
- Vrijheid van onderwijs

Geef een voorbeeld van een analyse van een grondwet.

Voorbeeld van een Tijdlijn

- Middeleeuwen:
- Nederlanden verdeeld in graven, hertogen en bisschoppen.
- 1291: oprichting van de Staten-Generaal.
- Gouden Eeuw:
- Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.
- Johan de Witt raadpensionaris.
- 1814: Grondwet met parlement en scheiding der machten.
- 1848: Algemeen kiesrecht voor mannen.
- 1919: Algemeen kiesrecht voor vrouwen.
- 1983: Nieuwe grondwet.

Geef een voorbeeld van een tijdlijn van de Nederlandse staatsinrichting.

Quiz: Nederlandse Staatsinrichting

- Vraag 1: Wanneer werd de Staten-Generaal opgericht?
- Vraag 2: Wie was raadpensionaris tijdens de Gouden Eeuw?
- Vraag 3: Wat was de belangrijkste verandering in de grondwet van 1848?

Sluit de les af met een korte quiz om te testen wat de leerlingen hebben geleerd.

Bronvermelding

- Grondwet van 1814 en 1848
- Schilderijen van Johan de Witt, Thorbecke en Willem Drees
- Krantenartikelen uit verschillende tijdperken

Vermeld welke bronnen gebruikt zijn tijdens de les.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.