Na Klar hfd 2 (proeftoets en oefening)

we gaan nu hfd 2 herhalen
 Zwakke werkwoorden: met stam op -d/-t
voltooid deelwoord
Klokkijken
  Vraagwoorden
Sterke werkwoorden met wissel a/ä ott
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

we gaan nu hfd 2 herhalen
 Zwakke werkwoorden: met stam op -d/-t
voltooid deelwoord
Klokkijken
  Vraagwoorden
Sterke werkwoorden met wissel a/ä ott

Slide 1 - Diapositive

Hoe gaan we het aanpakken
Van ieder onderdeel krijg je verschillende vragen, die moeten jullie op jullie chromebook beantwoorden.

Slide 2 - Diapositive

Tekst
Modale werkwoorden

Slide 3 - Carte mentale

Bij welke vorm hebben modale werkwoorden geen uitgang?
A
ich en du
B
ich en er/sie/es
C
ich en wir
D
er/sie/es en ihr

Slide 4 - Quiz

Vervoeg de modale werkwoorden können
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie

Slide 5 - Question ouverte

Vervoeg de modale werkwoorden mögen
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie

Slide 6 - Question ouverte

Bij welke personen verandert er iets bij de modale hulpwerkwoorden?

A
ich, du, er/sie/es
B
ich, er/sie/es
C
ich, du
D
du, er/sie/es

Slide 7 - Quiz

Wat zijn de twee "regels" bij de modale hulpwerkwoorden?
A
- Du & ihr krijgen geen uitgang - Klankverandering bij meervoudsvormen
B
- Ich & er / sie / es krijgen geen uitgang - Klankverandering bij enkelvoudsvormen

Slide 8 - Quiz

Welke modale werkwoorden ken je?

Slide 9 - Carte mentale

Vervoeg de modale werkwoorden.
(wissen) Du ........... noch nicht alles über mich.

Slide 10 - Question ouverte

Vervoeg de modale werkwoorden.
(mögen) Er ........... seine Lehrerin nicht.

Slide 11 - Question ouverte

Vervoeg de modale werkwoorden.
(dürfen) Ihr ........... heute nicht ins Kino gehen.

Slide 12 - Question ouverte

Schrijf alle voorzetsels en werkwoorden met de 4e naamval in het Duits op en vertaal ze.

Slide 13 - Question ouverte

Schrijf alle voorzetsels en werkwoorden met de 3e naamval in het Duits op en vertaal ze.

Slide 14 - Question ouverte

Schrijf werkwoorden met de 1e naamval in het Duits op en vertaal ze.

Slide 15 - Question ouverte

timer
1:00
Der-Gruppe
schrijf alle woorden op die bij deze grop hoort

Slide 16 - Carte mentale

timer
1:00
Ein-Gruppe
schrijf alle woorden op die bij deze grop hoort

Slide 17 - Carte mentale

Slide 18 - Vidéo

Slide 19 - Vidéo

En nu naamvallen toepassen!

Slide 20 - Diapositive

Wat vonden jullie van deze manier van overhoren?

Slide 21 - Carte mentale