Hs. 3 koppelteken en weglatingsstreepje

Waar is het koppelteken juist gebruikt?
A
BMIwaarden
B
BMI-waarden
1 / 14
suivant
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Waar is het koppelteken juist gebruikt?
A
BMIwaarden
B
BMI-waarden

Slide 1 - Quiz

Waar is het koppelteken juist gebruikt?
A
14 jarigen
B
14-jarigen

Slide 2 - Quiz

Wat is juist?
A
ex-roker
B
ex roker
C
exroker
D
ëxroker

Slide 3 - Quiz

Wat is juist?
A
mee-ëten
B
mee-eten
C
meeëten
D
meëeten

Slide 4 - Quiz

Gebruik waar mogelijk een weglatingsstreepje.
dorpsstraten en dorpspleinen

Slide 5 - Question ouverte

Gebruik waar mogelijk een weglatingsstreepje.
grote kinderen en kleine kinderen

Slide 6 - Question ouverte

Gebruik waar mogelijk een weglatingsstreepje.
hoestsiroop en hoesttabletjes

Slide 7 - Question ouverte

Gebruik waar mogelijk een weglatingsstreepje.
volle flessen en lege flessen

Slide 8 - Question ouverte


Wat is de juiste schrijfwijze?
A
whiskycola
B
whisky cola
C
whisky-cola

Slide 9 - Quiz


Wat is de juiste schrijfwijze?
A
adjunctdirecteur
B
adjunct directeur
C
adjunct-directeur

Slide 10 - Quiz


Wat is de juiste schrijfwijze?
A
winkelcentrum
B
winkel centrum
C
winkel-centrum

Slide 11 - Quiz

Wat is een lange afstandsloper?
A
Iemand die lang is en afstanden loopt
B
Iemand die lange afstanden loopt

Slide 12 - Quiz

Veel leerlingen halen een
A
vmbo-diploma
B
vmbodiploma

Slide 13 - Quiz

Gisteren zag ik mijn ...
A
oud leraar
B
oud-leraar

Slide 14 - Quiz