Examentraining Engels BASIS 4 - LES 1: Algemene tips+Signaalwoorden

Extra Examentraining Engels  Basis 4
Algemene tips + Signaalwoorden
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Extra Examentraining Engels  Basis 4
Algemene tips + Signaalwoorden

Slide 1 - Diapositive

Tips and tools:
1. Leer signaalwoorden: -> structuur, verbanden, doel van de tekst. bijv. because, and, therefore, however, furthermore....
2. Zorg dat je de vragen begrijpt. 
3. Oefen met oude examens op bijv. oefenen.facet.onl
4. Oefen met het zoeken van woorden in een woordenboek.

Slide 2 - Diapositive

                                  Signaalwoorden (linking words)
Om een tekst beter te kunnen begrijpen, kun je letten op signaalwoorden. Signaalwoorden geven verbanden tussen onderdelen van een tekst aan. 
Met signaalwoorden kun je ook vaak bepalen wat het doel van de schrijver is:
een voorbeeld geven: for example, such as, like
extra informatie geven: also, moreover, on top of that, besides, and, what’s more, furthermore
iets tegenspreken: however, but, instead, although, except
een reden geven: that’s why, because, obviously
een voorwaarde geven: if, whether, unless
een volgorde aangeven: first, secondly, finally
een conclusie trekken: so, therefore

Slide 3 - Diapositive

Welke signaalwoorden ken je al? Test jezelf. Schrijf de juiste vertalingen. Kies dan het juiste signaalwoord.
  1. for example  = .....................
  2. such as  = ...........................
  3. also  = ...............................
  4. however  = ......................
  5. because  = ...........................
  6. if  = ........................................
  7. unless  = ...............................
  8. first  = ...................................
  9. finally  = ...............................
  10. so  = ......................................
1) We stayed inside ................ of the storm. (because / if)   
2) I wanted to stay longer ................ I was really enjoying the party. (since / because of
3) Amanda stayed at home ................... her illness. (as / due to)
4) There was a terrible traffic jam, but ................. I got home. (finally / as)
5) Many flights are cheaper in the winter, ................. we decided to travel then. (since / so)

Slide 4 - Diapositive

Welk signaalwoord hoort bij welk tekstverband? Sleep de goede antwoorden naar elkaar toe.
Also
In short
Provided that
However
For instance
Uitbreiding/Opsomming
Gevolg/Conclusie
Voorwaarde
Tegenstelling
Voorbeelden

Slide 5 - Question de remorquage

He should not be doing this job, ... he was not trained for it.
A
also
B
however
C
since
D
such as

Slide 6 - Quiz

...... you were not there, I left a message
A
that is why
B
as
C
However
D
such as

Slide 7 - Quiz

They were angry ....... their plans had been discovered.
A
moreover
B
because
C
therefore
D
if

Slide 8 - Quiz

He never works ..... he failed his exam.
A
because
B
likely
C
that's why
D
in fact

Slide 9 - Quiz

......... I’m here early, I can help you make dinner.
A
since
B
as well as
C
consequently
D
instead

Slide 10 - Quiz

Welk signaal woord in de tekst geeft een tegenstelling aan?

Slide 11 - Question ouverte

Soorten vragen: meerkeuze/open vragen
Welk signaalwoord helpt in deze tekst om het juiste antwoord te geven (alinea 1)?

Slide 12 - Diapositive


Because geeft je meteen het antwoord

Slide 13 - Diapositive

Waarom werd Joe op vakantie in Japan uitgelachen?
Click text to zoom
A
Omdat de afbeelding op zijn shirt in het Japans iets geks betekende
B
Omdat een ober hem plotseling een zoen gaf
C
Omdat hij probeerde Japans te spreken

Slide 14 - Quiz

Soorten vragen: alinea's in de juiste volgorde zetten

Slide 15 - Diapositive

before betekent eerst/voor_> hiermee leggen ze uit hoe ze eerst poep verwerkten...so( dus) is ook een signaalwoord dit geeft aan dat het veel luchtvervuiling scheelt-> ook dit kan je een aanwijzing geven
now betekent nu/op dit moment dus hoe het nu wordt verwerkt->  logisch zou zijn om deze aan het eind te zetten
when betekent als/wanneer-> in deze alinea wordt verteld hoe de verwerking plaatsvindt, dit is dus een uitleg die mooi aansluit op de introductie alinea. Daarna leggen ze uit hoe het voorheen was-> before en als laatste hoe het nu is: c-a-b

Slide 16 - Diapositive

Soorten vragen: citeervragen

Slide 17 - Diapositive

Het signaalwoord therefore (daarom, dus) wijst op het gevolg
alles daarachter is een aanwijzing...
     Therefore, Mr Rothwell....

Slide 18 - Diapositive

Soorten vragen: 
gatenvragen

Slide 19 - Diapositive

Klik voor extra uitleg
one-sided = eenzijdig. Alice vertelt dat zij uit een rijke familie komt en dat zij 'in a bubble' leefde. Dat wil zeggen dat zij alleen welvarende kant van het leven kent en dat ze alleen een beperkte kring mensen kent. 
Klik voor extra uitleg
However = echter/ maar/ toch -> wijst op een tegenstelling. In de zin ervoor lees je wat de opvattingen van Alice over arme mensen zijn:'' cheap trackstuits, ... big earrings". In de zin die volgt legt Alice uit dat deze mensen beter gekleed waren dat zij verwachtte: ''...better dressed than I'd expected."
Klik voor extra uitleg
independent = onafhankelijk. Alice doet graag haar eigen ding en wil niet ergens aan vast zitten.

Slide 20 - Diapositive

Enkele video's met praktische tips!

Slide 21 - Diapositive

Extra oefenen met het lezen van teksten online?

Klik dan op de volgende links:
- link 1: Food and restaurants (B1)
- link 2: Stop wasting time (A2)
- link 3: Travel guide (B1)

Slide 22 - Diapositive

Good luck!

Slide 23 - Diapositive