Uiteenzetting Les 4: Bouwplan en bronnen

Nederlands
Schrijven: Uiteenzetting
Les 4
G 2
P1 2020-2021
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Nederlands
Schrijven: Uiteenzetting
Les 4
G 2
P1 2020-2021

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

0

Slide 9 - Vidéo

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Wel of geen bron?
Je hebt geen bron nodig als dingen een duidelijk feit zijn:

"Er zijn vluchtelingen in Nederland."

Je hebt wel een bron nodig als je bijvoorbeeld een uitspraak van iemand anders aanhaalt:

"De politieke partij D66 vindt dat we meer vluchtelingen naar Nederland moeten halen"

Slide 20 - Diapositive

Er zitten 27 leerlingen in deze klas
A
Bron nodig
B
Geen bron nodig

Slide 21 - Quiz

De ventilatie in 70% van de schoolgebouwen is onvoldoende gebleken.
A
Bron nodig
B
Geen bron nodig

Slide 22 - Quiz

Volgens de burgemeester van Hilversum drinkt de jeugd in zijn gemeente veel te veel
A
Bron nodig
B
Geen bron nodig

Slide 23 - Quiz

Vorige week is er een ongeluk gebeurd met een fiets op de rotonde van het Laapersveld te Hilversum.
A
Bron nodig
B
Geen bron nodig

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Diapositive

Objectieve bron / Betrouwbaar
Subjectieve bron / onbetrouwbaar
Het zou kunnen/ ertussenin

Slide 26 - Question de remorquage

Opdracht
  • Zoek tenminste 1 betrouwbare bron bij het onderwerp dat je gekozen hebt in les 3.
  • Overleg met je buurman / buurvrouw of dit inderdaad een betrouwbare bron is.

Slide 27 - Diapositive

Wat moet je weten van een bron
Wil je deze bron kunnen gebruiken moet je een paar dingen kunnen opschrijven:

  1. Wie is de schrijver van het stuk
  2. Wat is de titel
  3. Uit welk tijdschrift, krant of van welke site heb je deze informatie
  4. Wat is de datum waarop de bron is gepubliceerd. (geschreven)

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Lien

Dat ziet er als volgd uit:
"Slechte ventilatie is de grootste angst van middelbare scholen" - Kaya Bouma in De Volkskrant, 14-08-2020

Opdracht:
Schrijf de gegevens van jouw gevonden bron op, op de volgende slide.

Slide 30 - Diapositive

Schrijf de gegevens van jouw gevonden bron op.

Slide 31 - Question ouverte

Opdracht
Ga naar de studiewijzer en download het lege bouwplan.

Je kunt nu het eerste deel van je bouwplan invullen en onderaan je bron noteren.

Sla dat bouwplan goed op, de volgende lessen gaan we daarmee verder!

Slide 32 - Diapositive

Je hebt nu....
  • Inzicht in hoe een bouwplan eruit ziet....
  • Inzicht in hoe je een bouwplan kan gebruiken....
  • Inzicht in wat bronnen zijn....
  • Inzicht in waar je bronnen kunt vinden....
  • Inzicht in of een bron betrouwbaar is....
  • En je weet hoe je een bron moet noteren.....

Einde van deze les!

Slide 33 - Diapositive