NSG Duits open dag

1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Herzlich Willkommen
(elkaar begroeten in het Duits)

Slide 3 - Carte mentale

Slide 4 - Diapositive

Wie sagt man das auf Deutsch?
Combineer de juiste betekenissen met elkaar.
Hallo!
Guten Morgen!
Tschüss!
Auf Wiedersehen!
Guten Tag!
Hallo!
Tot ziens!
Doei!
Goedemorgen!
Goedendag!

Slide 5 - Question de remorquage

Duitsland

Slide 6 - Carte mentale

Wat is de hoofdstad van Duitsland?
A
Bonn
B
Berlijn
C
München
D
Bremen

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

Hoeveel mensen wonen er ongeveer in Duitsland?
A
10 miljoen
B
30 miljoen
C
80 miljoen
D
150 miljoen

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Diapositive

Bij welk antwoord staan 3 Duitse automerken?
A
Opel, Peugeot, Saab
B
Audi, Porsche, Citroën
C
Audi, Mercedes, Volkswagen
D
Renault, BMW, Volvo

Slide 11 - Quiz

Welke rivier stroomt door Duitsland?
A
Seine
B
Dommel
C
Maas
D
Rhein

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Diapositive

Welke naam hoort bij een Duitse voetbalclub?
A
Anderlecht
B
Schalke04
C
Liverpool
D
FC Basel

Slide 14 - Quiz

Fußball spielen
Schlittschuh laufen
reiten
joggen
schwimmen
Fahrrad fahren

Slide 15 - Question de remorquage

der Fisch
der Elefant
die Fliege
der Frosch
der Hund
die Katze
das Pferd
der Stier

Slide 16 - Question de remorquage







        Mein Name ist ...
        Ich heiße ...
        Ich bin ...

Slide 17 - Diapositive

Leeftijd in het Duits
Ich bin ... Jahre alt.

11: elf
12: zwölf

Ich bin zwölf Jahre alt.

Slide 18 - Diapositive

Wat is de vertaling van fünfzehn?
A
14
B
15
C
16
D
17

Slide 19 - Quiz

Wat is de vertaling van der Schüler?
A
de leerling
B
de broer
C
de zus
D
de vriendin

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Diapositive

Je weet niet hoe je iets in het Duits moet zeggen.
Je wilt een vraag stellen.
Je snapt de oefening in het boek niet...
Je bent je spullen vergeten.
Je moet nodig naar de wc!
Je bent te laat.
Je komt binnen en begroet je lerares Duits.
Wie sagt man das auf Deutsch?
Ich habe eine Frage....
Können Sie diese Aufgabe bitte erklären?
Ich habe mein Buch/ mein Heft vergessen.
Darf ich bitte zur Toilette?
Entschuldigung,dass ich so spät bin!
Guten Morgen / Guten Tag !

Slide 22 - Question de remorquage

Slide 23 - Diapositive