Kapitel 6 6-6-2024

• Duits
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

DEUTSCH

 Willkommen im Deutschunterricht     

- Handy  in der Tasche

- Kauwgummi  ausspucken

- Bücher auf dem Tisch

Frankfurt am Main

der Unterrichtsplan

- Rückblick Voorzetsels met de 3e naamval en de persoonlijke voornaamwoorden met de 3e naamval. 

- Lektion 4: Aufg. 8 und Aufg. 9 bis einschl. ( =t/m) 11 kontrollieren

-Lektion 5: 1, 2, 3, 6, 7 maken

- Evaluation

 

 

das  Lernziel:

- Je kunt de voorzetsels van de 3e naamval noemen

- Je kunt het persoonlijk voornaamwoord in de 3e naamval zetten

-Je kunt de woorden van Lektion 5 DU-NL vertalen.

-Je kunt in een tekst over vliegsimulaties info over personen, plaatsen en tijden begrijpen.

Je kunt getallen en bekende woorden in een lijst over de Frankfurter luchthaven opzoeken.

Rückblick

Was haben wir die vorige Unterrichtstunde gemacht? 

Sleep het Duitse persoonlijk voornaamwoord naar het Nederlandse persoonlijk voornaamwoord in de 3E nv.

mij

jou

hem

jullie

haar

ons

het

hen

u

mir

uns

ihm

ihm

ihr

dir

euch

ihnen

Ihnen

Zet het voorzetsel bij de goede naamval

3

4

aus

bei

mit

nach

seit

von

zu

durch

für

gegen

ohne

um

Welk rijtje voorzetsels hoort bij de derde naamval?

1. aus, durch, für, von, zu, bei
2. seit, aus, für, in, an, bei, mit
3. aus, bei, mit, nach, seit, von, zu
4. mit, seit, zu, aus, neben, zwischen

Voorzetsels vierde naamval

1. durch, für, gegen, ohne, um
2. duch, fur, gegen, ohne, um
3. dürch, für, gegen, ohne, um

Ist das Telefon ... (voor) ... (mij)?

1. durch mich
2. gegen mich
3. für mich
4. fur mich

Heute Abend komme ich zu ....(jou)

1. dir
2. du
3. ihr

Du bist nach ..... (hem) an der Reihe.

1. er
2. ihm
3. ihr
4. ihn

Hausaufgaben: 

 Lektion 4: Aufg. 8 und Aufg. 9 bis einschl. ( =t/m) 11 kontrollieren

macht jetzt selbstständig: Lektion 5: 1, 2, 3, 6, 7 maken

Hausaufgaben: Lektion 5: 1, 2, 3, 6, 7 maken