Vocabulary and Phrases Chapter 2 review

Vocabulary and Phrases
 Chapter 2 review
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Vocabulary and Phrases
 Chapter 2 review

Slide 1 - Diapositive


Do you think the Words and Phrases test will be easy on Friday? Why?
Why not?

Slide 2 - Question ouverte

Vertaal van EN naar NL:
miss
A
missen
B
gemist
C
misschien
D
misen

Slide 3 - Quiz

Vertaal van EN naar NL:
discover
A
ontkdeken
B
ontdekken
C
realiseren
D
vinden

Slide 4 - Quiz

Vertaal van EN naar NL:
sick
A
ziek
B
niet lekker voelen
C
misselijk
D
vreselijk voelen

Slide 5 - Quiz

Vertaal van EN naar NL:
suddenly
A
onmiddelijk
B
plotselling
C
ineens
D
opeens

Slide 6 - Quiz


Vertaal van EN naar NL:
wheel
A
rad
B
raad
C
wiel
D
whiel

Slide 7 - Quiz


Vertaal van EN naar NL:
anywhere
A
overal
B
nergens
C
ergens
D
overall

Slide 8 - Quiz

Vertaal van EN naar NL:
upside down

Slide 9 - Question ouverte

Veraal van EN naar NL:
immediately

Slide 10 - Question ouverte


Vertaal van EN naar NL:
waitress

Slide 11 - Question ouverte

I am ___________ about you. You're not eating. You might get sick.
A
angry
B
worried
C
scared
D
happy

Slide 12 - Quiz

The floor is _________. You might slip if you walk over it.
A
dry
B
hot
C
steamy
D
wet

Slide 13 - Quiz

De serveerster __________ op mijn vriendin. Zij is ook mooi.

Slide 14 - Question ouverte

Vertaal van EN naar NL:
project
A
project
B
werkstuk
C
werk
D
huiswerk

Slide 15 - Quiz

Vertaal de zinnen van NL naar EN:
Dit is een verhaal over drie vrouwen.

Slide 16 - Question ouverte

Vertaal de zin van NL naar EN:
Het spijt me echt dat ik te laat ben.

Slide 17 - Question ouverte

Vertaal van NL naar EN:
Iemand zag me en heeft de politie gebeld.

Slide 18 - Question ouverte

Vertaal van NL naar EN:
Zeg dat nog eens.

Slide 19 - Question ouverte

Vertaal van NL naar EN:
Weet je zeker dat alles goed gaat?

Slide 20 - Question ouverte

Geef een woord uit Hoofdstuk 2

Slide 21 - Question ouverte