Garagewoord
1 / 23
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
garagewoorden
Slide 2 - Carte mentale
Slide 3 - Vidéo
Raam van een winkel, waar je kunt zien wat een winkel verkoopt.....
Slide 4 - Question ouverte
Plek om een auto te parkeren of te laten repareren...
Slide 5 - Question ouverte
Een klok om je pols
Slide 6 - Question ouverte
Beschadiging doordat je iets veel hebt gebruikt...
Slide 7 - Question ouverte
Verdieping van een gebouw...
Slide 8 - Question ouverte
Een rek waar je spullen in kan zetten...
Slide 9 - Question ouverte
Een dier met een hele lange nek...
Slide 10 - Question ouverte
Iemand die ergens heel erg goed in is...
Slide 11 - Question ouverte
Groene groente die veel in Italiaanse gerechten wordt gebruikt...
Slide 12 - Question ouverte
Dit heb je nodig om iets te kunnen doen (bijvoorbeeld bewegen)...
Slide 13 - Question ouverte
Een puinhoop...
Slide 14 - Question ouverte
Bij iemand blijven slapen...
Slide 15 - Question ouverte
Bedrijf waar paarden leven...
Slide 16 - Question ouverte
Slide 17 - Diapositive
Typ het woord in. Is het fout geschreven, schrijf je het nog in je dicteeschrift.
Slide 18 - Question ouverte
Typ het woord in. Is het fout geschreven, schrijf je het nog in je dicteeschrift.
Slide 19 - Question ouverte
Typ het woord in. Is het fout geschreven, schrijf je het nog in je dicteeschrift.
Slide 20 - Question ouverte
Typ het woord in. Is het fout geschreven, schrijf je het nog in je dicteeschrift.
Slide 21 - Question ouverte
Typ het woord in. Is het fout geschreven, schrijf je het nog in je dicteeschrift.
Slide 22 - Question ouverte
Typ het woord in. Is het fout geschreven, schrijf je het nog in je dicteeschrift.
