Taal Actief thema 3 les 6 groep 6

• Woordenschat
• Basisschool
• Groep 6

Thema 3 woordenschat

Welke woorden heb jij onthouden van les 1?

Hier even klassikaal terughalen wat ze nog weten van de vorige keer. Eventueel met bal kaatsen. 

Doel van de les 

Ik ken 11 nieuwe themawoorden en kan 1 gezegde uitleggen bij het thema 'Mode'

Opzichtig

Onopvallend

Onopvallend

Opzichtig

Hoe heet dit kledingstuk?

1. Korte broek
2. Lange broek
3. Bermuda
4. Spijkerstofbroek

Hoe heet dit kledingstuk?

1. Spencer
2. Overhemd
3. Trui

De gelegenheid

Wat hoort bij meelopen?

1. Zelf je eigen mening vasthouden
2. Doen wat een ander ook doet
3. Jezelf zijn
4. Iets anders kiezen dan de rest

Wat hoort bij 'je tegen iets afzetten'

1. Meelopen
2. Doen wat iedereen doet
3. Iets doen wat verder niemand doet.
4. Je laten overhalen

De commercie: iedereen die spullen koopt en verkoopt. 

Hoe noem je spullen die je via Marktplaats koopt? De spullen zijn niet nieuw, maar....

Wie vind jij echt een rolmodel?

Iemand iets op de mouw spelden

Bermuda

Spencer

Welke van de gebeurtenissen is een formele gelegenheid

1. Een diploma-uitreiking
2. Een boekpromotie
3. Pakjesavond

Wat betekent modieus?

1. Een modeontwerper
2. volgens de laatste mode
3. Iemand die in een winkel werkt.

Hoe heet het als iets op elkaar lijkt?

1. Merkwaardig
2. Bizar
3. Fantastisch
4. Eenheidsworst

Bijhorend

1. Iets wat erbij past.
2. Iets wat er niet bij past.