04. Spanning

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 2

Welkom: denk aan de regels!

1. Jas op de kapstok

2. Petten af

3. Telefoon in de telefoontas

4. Kauwgom uit

5. Pak je spullen alvast

6. Tas van tafel

Wat gaan we vandaag doen?

1. Gedicht (5 minuten)
2. Samen aan de slag (10 minuten)
3. Uitleg spanning (10 minuten)
4. Voorlezen (5 minuten)
5. Zelf aan de slag (20 minuten, eerste 10 minuten in stilte)

Opdracht 1

1.1: Ewa's achternaam is Capone. Is dat toeval denk je?

Al Capone

Opdracht 1

1.2: Zit er actiespanning in De een na laatste dood van het meisje Capone? Licht toe.

Wat is actiespanning?

• Voordat we dat kunnen beantwoorden, moeten we natuurlijk weten wat spanning is. Wie weet dat?

• Als een verhaal spannend is, wil je weten hoe het afloopt. Spanning ontstaat bijvoorbeeld doordat er iets gevaarlijks, onverwachts of (uiteraard) spannends gebeurt. 

Wat is actiespanning?

• Spanning met heel veel actie, bijvoorbeeld een ontvoering of achtervolging.
• Je herkent actiespanning aan een 'gejaagde' stijl: gebeurtenissen volgen elkaar in hoog tempo op.

Opdracht 1

1.3: Noteer drie open plekken die in tekst 1 ontstaan

Opdracht 1

1.4: Zie je psychologische spanning in De een na laatste dood van het meisje Capone? Licht je antwoord toe.

Wat is psychologische spanning?

• Psychologische spanning is wat ingewikkelder en dat wordt opgeroepen door:

• Je betrokkenheid bij een personage (meeleven)
• Open plekken
• Onderbrekingen van het verhaal (cliffhanger, tijdsprong, wisseling van perspectief) 

Zelf aan de slag

Lees: het groene kader op pagina 78.

Maak: opdracht 1 t/m 5 op pagina 79 t/m 82 van je boek.

Tijd: tot het einde van de les. De eerste tien minuten werken we in stilte. Daarna mag je op fluistertoon met je buurvrouw/buurman overleggen.

Klaar met de opdrachten?: begin met opdracht 1 op pagina 108 van je boek. Je hoeft de opdrachten niet te downloaden.