2B - week 50 - H2.7 Les 2

Welkom!
1
WELKOM!
2
 Schrift
   Pen
  Laptop
Wat ligt er op je tafel?
Log in op lessonup.app
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom!
1
WELKOM!
2
 Schrift
   Pen
  Laptop
Wat ligt er op je tafel?
Log in op lessonup.app

Slide 1 - Diapositive

  • Woordsoorten ww, tw, vz
  • NUMO
Vandaag
H2.7 - opdr. 4, 5, 6 en 9 óf de andere keuzeopdracht
 Huiswerk:
Programma:

Slide 2 - Diapositive

  • - Je kunt de woordsoorten lidwoord, bijvoeglijk
     naamwoord en zelfstandig naamwoord 
     herkennen en toepassen.
  • - Je kunt de werkwoorden (ww), telwoorden (tw)
     en voorzetsels (vz) herkennen en toepassen.
LESDOELEN

Slide 3 - Diapositive

Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
Keuzeopdrachten
timer
10:00
  1. Vorm een tweetal.
  2. Schrijf allebei 5 zinnen op.
  3. Laat witregel vallen tussen je zinnen.
  4. Wissel je blaadjes en vul in: zn, bn en lw
  5. Kijk samen alles na
  Maak in H2.7 opdr. 4, 5, 6 en 9
 Daarna sprongtoets grammatica.

Slide 4 - Diapositive

Opdracht 9




Een  blije  Duncan  behaalt  de eerste plaats op het Songfestival.
----   ----   ---------  --------   --   ------   ------   --   ---  -------------


Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Vragen over zinsdelen, leestekens, DT's of dicteewoorden?
Aan de slag!
Maken in H2.7 - opdracht 5 , 6, 7, 9 en 10
Wat?
Met wie?
Hulp?
Eerder klaar?
En daarna?
Leerpleinopdracht?

Zelfstandig
Ik loop een rondje
Test jezelf en versterk jezelf
NUMO
Maak een strip, zie opdracht 11 blz 130

Slide 7 - Diapositive


   Gebruikersnaam:   
   kluispasnummer



Ga naar mijn.numo.nl

Slide 8 - Diapositive

Zet lw, zn, bn, vz, ww of tw onder de woorden.

Een Afrikaanse dame wilde in de lente van 2019 in een natuurpark een leeuw aaien.

Slide 9 - Question ouverte

Wat is een telwoord en geef een voorbeeld in een zin.
Noem een mooie zin met een voorzetsel.
Noem voorbeelden van werkwoorden
Begrippen
Hoe heb je gewerkt?

Slide 10 - Diapositive

Ruim je je plek op?

We blijven zitten tot de bel gaat.


Schuif je stoel aan.


Doe je mondkapje op voordat je het lokaal verlaat.
Tot ziens!

Slide 11 - Diapositive