Oefen SO herhaling leerjaar 1

Oefenen
- Dieren
- Meervoud/Enkelvoud
- Getallen 0 t/m 100
- Emoticons -> hoe voel je je?
 - Werkwoorden vervoegen
- Dagen, maanden en seizoenen
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Oefenen
- Dieren
- Meervoud/Enkelvoud
- Getallen 0 t/m 100
- Emoticons -> hoe voel je je?
 - Werkwoorden vervoegen
- Dagen, maanden en seizoenen

Slide 1 - Diapositive

Wat betekent het werkwoord:

Estar
A
zijn
B
zich bevinden
C
lopen
D
horen

Slide 2 - Quiz

Hoe zeg je in het Spaans:
Ik bevind me op het strand

Slide 3 - Question ouverte

Wat betekent het werkwoord:
Bailar
A
Lopen
B
Gaan
C
Dansen
D
Spreken

Slide 4 - Quiz

Hoe zeg je in het Spaans:
Wij dansen goed

Slide 5 - Question ouverte

Wat betekent het werkwoord:
Hacer
A
maken
B
breken
C
doen
D
werken

Slide 6 - Quiz

Hoe zeg je in het Spaans:
Ik maak het huiswerk

Slide 7 - Question ouverte

Wat betekent dit werkwoord:

Viajar
A
Leven
B
Wonen
C
Bellen
D
Reizen

Slide 8 - Quiz

Hoe zeg je in het Spaans:
Jullie reizen naar Spanje

Slide 9 - Question ouverte

Wat betekent het werkwoord:
Comprar
A
Vergelijken
B
Kopen
C
Verkopen
D
Luisteren

Slide 10 - Quiz

Hoe zeg je in het Spaans:
Ana en Lucía kopen een jas

Slide 11 - Question ouverte

invierno
verano
otoño
primavera

Slide 12 - Question de remorquage

Invierno
Primavera
Otoño
Verano
el abrigo
el sol
las chancletas
los guantes
Hace calor
Hace frío
el bañador

Slide 13 - Question de remorquage

ocho
treinta
siete
cien
sesenta y uno
1. dos + ................... = diez
2. veinte + diez = .................
3. cuarenta y tres + .............. = cincuenta
4. noventa y ocho + dos = ...........
sesenta y cuatro - tres = .........................

Slide 14 - Question de remorquage

noventa y dos
cuarenta y cinco
quince
sesenta y ocho
treinta y tres
veintiuno
cincuenta y cinco
setenta y seis
ochenta y nueve
once

Slide 15 - Question de remorquage

Wat zegt elke emoji?
Estoy enamorado de la lengua española!
Mañana tengo un examen y estoy nervioso
Estoy triste porque llueve mucho
Estoy contento porque voy a la playa
Quiero comer! Tengo hambre!
Estoy enfadado porque no duermo bien. 

Slide 16 - Question de remorquage

Hoe zeg je in het Spaans:
De olifantes zijn grijs

Slide 17 - Question ouverte

Hoe zeg je in het Spaans:
De groene bladeren

Slide 18 - Question ouverte

Hoe zeg je in het Spaans:
De vlinders zijn paars

Slide 19 - Question ouverte

Hoe zeg je in het Spaans:
De flamingo is roze

Slide 20 - Question ouverte

Hoe zeg je in het Spaans:
De kikkers zijn wit

Slide 21 - Question ouverte