Hst 37 fictie plot

1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vandaag Hst 37 
(relevant voor boekopdracht)

Je leert wat een plot is en welke technieken een schrijver kan gebruiken om spanning in een verhaal te creëren.

Log in deze les

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen 37
R: Je weet wat een plot is en welke technieken een schrijver kan gebruiken om spanning in een verhaal te creëren.
T1: Je kan verschillende verhaallijnen en wendingen herkennen in een verhaal.
T2: Je kan uitleggen welke technieken een schrijver gebruikt om spanning te creëren in een verhaal
I: Je kan hier zelf voorbeelden van geven.


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we doen?
Uitleg
Voorbeeld
Voorbeeldfilmpje
Vraag in lessonup..

Repeat
Boek zoeken

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je nog van fictie?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het doel van de hoofdpersoon is vaak de drijvende kracht achter de ontwikkelingen in een verhaal. 

Slide 7 - Diapositive

Ontwikkelingen zijn alle dingen die er gebeuren.
Als je niet weet wat er straks gaat gebeuren ontstaat er spanning. Spanning en iets dat eng is, is niet hetzelfde.

Wat is het doel van de hoofdpersoon?

Simba wil koning worden.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontwikkelingen in het verhaal: 
-Simba wordt als prins geboren, Scar is jaloers
-Simba's vader gaat dood en Simba vlucht weg
-Simba komt terug door Nala 
-Simba verslaat Scar en wordt koning

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem de vier belangrijkste ontwikkelingen van jouw favoriete film of verhaal

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Vaak zijn er mini-cliffhangers. Niet aan het einde van het hoofdstuk dus, maar elke keer als je van het ene naar het andere personage wisselt.
In the Lion King kijk je mee met verschillende personages:

Simba, Hyena's, Simba's vader, Scar, Zazoe en gnoes.

Dit creëert spanning omdat wij willen weten hoe het met Simba gaat.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tussen welke personages wordt er gewisseld in jouw favoriete film?

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

De ontknoping is vaak het bereiken of niet bereiken van het doel van de hoofdpersoon.

Slide 15 - Diapositive

Uitstellen van de ontknoping komt voor in de meeste verhalen, anders is het verhaal snel klaar. 

De ontknoping heeft vaak te maken met of de hoofdpersoon zijn doel wel of niet bereikt. 

Slide 16 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de ontknoping?

Wordt Simba koning of niet?

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kortom De Plot is... 
De plot is de verhaallijn, de opeenvolging van gebeurtenissen in het verhaal.

Schrijvers (van boeken, filmscripts) hebben verschillende manieren om de spanning vast te houden

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zou een logische vraag zijn over jouw boek als het gaat om de plot?

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Oriënteer je op een boek!
Aura, lezenvoordelijst.nl, leesadviezen, online bibliotheek
lezenvoordelijst.nl: 12- 15 (maar 15-18 jaar mag ook). Vertaald mag nog een keer.
Boek gekozen? Laat me weten. Weet ik het niet? Dan geen voldoende. 

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk boek wil jij lezen?

Slide 22 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen 37
R: Je weet wat een plot is en welke technieken een schrijver kan gebruiken om spanning in een verhaal te creëren.
T1: Je kan verschillende verhaallijnen en wendingen herkennen in een verhaal.
T2: Je kan uitleggen welke technieken een schrijver gebruikt om spanning te creëren in een verhaal
I: Je kan hier zelf voorbeelden van geven.


Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions