Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Blok 6 | week 3 | les 3
Slide 1 - Diapositive
Even lekker opfrissen
Slide 2 - Diapositive
Noem de werkwoorden in dit verhaaltje en controleer of je het goed hebt.
Een kikker eet kleine insecten. Een koe herkauwt gras. Een luipaard smult van knobbelzwijnen. Iemand uit India smikkelt van linzen.
Slide 3 - Question ouverte
Noem de zelfstandige naamwoorden met het juiste lidwoord in dit verhaaltje en controleer of je het goed hebt.
Een kikker eet kleine insecten. Een koe herkauwt gras. Een luipaard smult van knobbelzwijnen. Iemand uit India smikkelt van linzen.
Slide 4 - Question ouverte
Noem nu van iedere zin de persoonsvorm (pv) en het onderwerp (ow). Daarna controleer je je antwoorden.
Een kikker eet kleine insecten. Een koe herkauwt gras. Een luipaard smult van knobbelzwijnen. Iemand uit India smikkelt van linzen.
Slide 5 - Question ouverte
Oefendictee met juf Lonneke
Cette vidéo n'est plus disponible
Slide 6 - Diapositive
Het gewonde jongetje heeft de huisarts bedankt.
Noem het hulpwerkwoord.
Slide 7 - Question ouverte
Het gewonde jongetje heeft de huisarts bedankt.
Noem het voltooid deelwoord.
Slide 8 - Question ouverte
Het gewonde jongetje heeft de huisarts bedankt.
Noem het bijvoeglijk naamwoord.
Slide 9 - Question ouverte
Het gewonde jongetje heeft de huisarts bedankt.
Wat zijn jongetje en huisarts voor woordensoort?
A
bijvoeglijk naamwoord
B
voorzetsel
C
zelfstandig naamwoord
D
lidwoord
Slide 10 - Quiz
Verder in je werkboek blz. 30
opdracht 1: een streep zetten onder het hulpwerkwoord en het voltooid deelwoord.
opdraccht 2: de persoonsvorm invullen en het onderwerp van de zin kleuren (netjes!).
opdracht 3: hier oefen je met de hoofdletters en kleine letters. Verder een streep onder de persoonsvorm. Voor de juiste woorden bekijk je het filmpje hiernaast.