Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Balansmethode
Slide 1 - Diapositive
Balans methode
vergelijking opschrijven
letters naar links
getallen naar rechts
delen door het getal voor de letter
controleren
antwoord opschrijven
om in balans te blijven, doe je links en rechts altijd hetzelfde
Slide 2 - Diapositive
Vergelijking oplossen met balansmethode, een voorbeeld:
Slide 3 - Diapositive
Zelf een vergelijking maken
Soms moet je zelf een vergelijking maken. Voorbeeld: Lengte kaars rood = 25 - 3t Lengte kaars groen = 20 - 4t
De vergelijking: 25 - 3t = 20 - 4t Je kunt uitrekenen wanneer de kaarsen gelijk zijn.
Slide 4 - Diapositive
Voorbeeld
Slide 5 - Diapositive
Balans methode
7x+6 = 5x+15
Balans methode vb
vergelijking opschrijven
1
letters naar links
2
Slide 6 - Diapositive
Balans methode
7x+6 = 5x+15
2x+6 = 15
Balans methode
-5x
-5x
vergelijking opschrijven
1
letters naar links
2
getallen naar rechts
3
Slide 7 - Diapositive
Balans methode
7x+6 = 5x+15
2x+6 = 15
2x = 9
Balans methode
-5x
-5x
-6
-6
vergelijking opschrijven
1
letters naar links
2
getallen naar rechts
3
delen door het getal voor de letter
4
Slide 8 - Diapositive
Balans methode
7x+6 = 5x+15
2x+6 = 15
2x = 9
x = 4,5
Balans methode
-5x
-5x
-6
-6
:2
:2
vergelijking opschrijven
1
letters naar links
2
getallen naar rechts
3
delen door het getal voor de letter
4
controleren
5
Slide 9 - Diapositive
Balans methode
7x+6 = 5x+15
2x+6 = 15
2x = 9
x = 4,5
Balans methode
-5x
-5x
-6
-6
:2
:2
vergelijking opschrijven
1
7⋅4,5+6=5⋅4,5+15
letters naar links
2
getallen naar rechts
3
delen door het getal voor de letter
4
controleren
5
antwoord opschrijven
6
Slide 10 - Diapositive
Balans methode
7x+6 = 5x+15
2x+6 = 15
2x = 9
x = 4,5
Balans methode vb
-5x
-5x
-6
-6
:2
:2
vergelijking opschrijven
1
7⋅4,5+6=5⋅4,5+15
Dus x = 4,5
letters naar links
2
getallen naar rechts
3
delen door het getal voor de letter
4
controleren
5
antwoord opschrijven
6
Slide 11 - Diapositive
Voorbeeld 2
Slide 12 - Diapositive
Balans methode
-3a+2=6+5a
Balans methode vb
vergelijking opschrijven
1
Dus a =
letters naar links
2
getallen naar rechts
3
delen door het getal voor de letter
4
controleren
5
antwoord opschrijven
6
Slide 13 - Diapositive
Balans methode
-3a+2=6+5a
-8a+2 = 6
-8a = 4
a = -0,5
Balans methode vb
-5a
-5a
-2
-2
:-8
:-8
vergelijking opschrijven
1
−3⋅0,5+2=6+5⋅−0,5
Dus a = -0,5
letters naar links
2
getallen naar rechts
3
delen door het getal voor de letter
4
controleren
5
antwoord opschrijven
6
Slide 14 - Diapositive
Los op met de balansmethode:
3p + 10 = 40
A
p = 10
B
p = 3,7
C
p = 3,3
D
p = 30
Slide 15 - Quiz
Los op met de balans methode 3g+7=5g+12 gebruik alle stappen
Slide 16 - Question ouverte
Los b op met de balansmethode:
5b + 4 = 3b + 34
A
b = 6
B
b = 15
C
b = 6
D
b = 7
Slide 17 - Quiz
Huiswerk volgende les
Alle opdrachten van H9.3
Slide 18 - Diapositive
Door met uitleg H9.4?
A
Ja
B
Nee
Slide 19 - Quiz
9.4 Oplossen met inklemmen
Je kunt vergelijkingen oplossen op meerdere manieren. Vandaag oefenen we met inklemmen.
Slide 20 - Diapositive
Inklemmen
Wanneer je een vergelijking hebt waar een kwadraat of wortel in staat, dan kun je niet zo goed de balansmethode gebruiken. Daarom hebben we inklemmen als mogelijkheid om de vergelijking op te lossen.
Slide 21 - Diapositive
Inklemmen: zoektocht
Bij inklemmen ga je op zoek naar het juiste antwoord door getallen in te vullen. LET OP! Er zijn twee belangrijke dingen.
1. Je moet altijd meerdere voorbeelden laten zien.
2. Je moet goed opletten. Soms moet je afronden op helen, soms op één decimaal.
Slide 22 - Diapositive
Voorbeeld 1
Slide 23 - Diapositive
Inklemmen
Slide 24 - Diapositive
Formule
Bedrag in euro = 24,50 + 34 x tijd in dagen Ze betalen 534,50. Hoeveel dagen huren zij?
Stap 1. Wat is de vergelijking?
534,50 = 24,50 + 34 x tijd in dagen
Stap 2: Proberen. Bij hoeveel dagen is het 534,50? Bij 15 dagen Stap 3: Je laat meerdere voorbeelden zien. In dit geval de dag ervoor én de dag erna. Hierna is het antwoord pas compleet
14: 24,50 + 34 x 14 = 500,50 15: 24,50 + 34 x 15 = 534,50 16: 24,50 + 34 x 16 = 568,50
Ze huren 15 dagen.
Slide 25 - Diapositive
Voorbeeld 2
Maak altijd een tabel met een aantal voorbeelden.
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Diapositive
Slide 28 - Diapositive
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Diapositive
huiswerk volgende les
Maken alle opdrachten van H9.4 en de diagnostische toets Donderdag : herhalingsles Vrijdag : Proefwerk