Nederlands Klas 1 Hoofdstuk 6 Lezen Tekst en beeld
Hoofdstuk 6 Lezen
Tekst en beeld/afbeeldingen
Maar eerst herhaling H5 Lezen en Woordenschat
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 1
Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Hoofdstuk 6 Lezen
Tekst en beeld/afbeeldingen
Maar eerst herhaling H5 Lezen en Woordenschat
Slide 1 - Diapositive
Herhalen H5 Lezen
Het doel van een tekst
Slide 2 - Diapositive
Noem vijf tekstdoelen?
Slide 3 - Question ouverte
Noem drie tekstsoorten?
Slide 4 - Question ouverte
Geef twee voorbeelden van tekstsoorten met bijbehorende tekstdoelen
Slide 5 - Question ouverte
Welk tekstdoel hoort bij een recept?
Slide 6 - Question ouverte
Welk tekstdoel hoort bij een reclametekst?
Slide 7 - Question ouverte
Welk tekstdoel hoort bij een stripboek?
Slide 8 - Question ouverte
Herhaling H5 Woordenschat
Een bekend woorddeel zoeken
Slide 9 - Diapositive
Wat is een samenstelling?
Slide 10 - Question ouverte
Geef een voorbeeld van een samenstelling?
Slide 11 - Question ouverte
Welk woord is een samenstelling?
A
stoplicht
B
ongewoon
C
hopeloos
D
onbewoond
Slide 12 - Quiz
Welk woord heeft een voorvoegsel?
A
stoplicht
B
ongewoon
C
hopeloos
D
bewoond
Slide 13 - Quiz
Noem een woord met een voorvoegsel?
Slide 14 - Question ouverte
Welk woord heeft een achtervoegsel?
A
stoplicht
B
ongewoon
C
hopeloos
D
bewoond
Slide 15 - Quiz
Noem een woord met een achtervoegsel?
Slide 16 - Question ouverte
Uitleg H6 Lezen: Tekst en afbeeldingen
Vaak staan er afbeeldingen (illustraties) bij een tekst, zoals foto’s, tekeningen, schema’s, (land)kaartjes en tabellen. Die plaatjes staan er met een bepaald doel:
– De schrijver wil extra informatie geven, zodat de lezer de tekst beter begrijpt. Hij zet bijvoorbeeld informatie uit de tekst overzichtelijk in een schema of tabel. Of hij laat op een landkaartje zien waar de plek ligt die in de tekst genoemd wordt. Die afbeeldingen kunnen je ook helpen om snel informatie te zoeken die je nodig hebt.
– De schrijver wil de tekst aantrekkelijker maken. Hij kiest een plaatje dat bij de tekst past en dat de aandacht van de lezer trekt.
Slide 17 - Diapositive
Welke twee doelen kan een schrijver hebben om een plaatje bij een tekst toe te voegen?
Slide 18 - Question ouverte
Aan het werk
1 Bekijk online het filmpje met uitleg bij Hoofdstuk 6 Lezen
2 Ga aan de slag met de opdrachten die in Magister genoemd zijn