GZHK 1C, week 14

GZHK 1C , week 14
1 / 46
suivant
Slide 1: Diapositive
DoelgroepenMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 46 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

GZHK 1C , week 14

Slide 1 - Diapositive

Lesplan

Theorie Forensische zorg
Verslavingszorg

Slide 2 - Diapositive

Leerdoel Forensische zorg
Aan het eind van de les weten jullie;

       - Wat houdt Forensische zorg in,
                - Welke doel heeft Forensische Zorg,
-                            - Voor welke doelgroep is Forensische zorg,
                                  - Welke verdeling is er in de Forensische zorg 

Slide 3 - Diapositive

Wat weet jij over de Forensische zorg?

Slide 4 - Carte mentale

Wat is Forensische Zorg
 Forensische zorg is een: 

Geestelijke gezondheidszorg, 
Verslavingszorg en 
Verstandelijk gehandicaptenzorg; 

welke onderdeel  zijn van een (voorwaardelijke) straf, maatregel of de tenuitvoerlegging daarvan

Slide 5 - Diapositive

Geschiedenis

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Wat is Forensische Zorg
Het wordt door de rechter opgelegd als onderdeel van een straf of maatregel 

Forensische zorg beweegt zich op het snijvlak van twee werelden. 
Die van het strafrecht en die van de zorg 

Slide 8 - Diapositive

Welk doel heeft de Forensische Zorg
Doel: Het voorkomen van recidive

Recidive= het gedrag zodanig te veranderen, dat de gedetineerden niet opnieuw een delict plegen.

Door gedetineerden te behandelen en te begeleiden kunnen zij weer functioneren in de maatschappij en hierdoor wordt de maatschappelijke veiligheid vergroot.

Slide 9 - Diapositive

Welk doel heeft de Forensische Zorg
Gedetineerden in de forensische zorg verblijven in een 
Forensisch Psychiatrisch Centrum.

Hier krijgen ze een behandeling voor een stoornis of een verslaving, of krijgen ze therapie om te leren omgaan met hun stoornis. 

De bekendste maatregel onder forensische zorg is de tbs-maatregel

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Lien

Forensische zorg beweegt zich op het snijvlak van twee werelden. Welke twee werelden?
A
Hulp en begeleiding
B
Zorg en Begeleiding
C
Strafrecht en Zorg
D
Strafrecht en begeleiding

Slide 12 - Quiz

Welk doel heeft de Forensische Zorg?
A
Het uitzitten van de straf
B
Het voorkomen van recidive
C
Geen van bovenstaande

Slide 13 - Quiz

Voor welke doelgroep 

De rechter bepaalt of Zorg wordt opgelegd als onderdeel van een straf of maatregel aan iemand met een psychisch /psychiatrische stoornis, verslaving of verstandelijke beperking die een strafbaar feit heeft gepleegd. 

Na een eventuele veroordeling bepaalt de rechter welke zorgtitel kan worden opgelegd en in welke instelling iemand geplaatst kan worden




Slide 14 - Diapositive

Indeling in de Forensische Zorg instellingen
Binnen de forensische zorg worden verschillende indelingen gehanteerd; 
Namelijk naar Zorgtype en in Segmenten





Slide 15 - Diapositive

Indeling naar zorgtype
Het eerste onderscheid is Klinische zorg, Ambulante zorg en Verblijfszorg

  • Klinische zorg:  Zorg in een 24-uurs verblijfssetting waarbij ook behandeling wordt geboden. 
  • Ambulante zorg: Zorg waar geen sprake is van verblijf. Het betreft zorg die voornamelijk wordt verleend op afgesproken tijden waarbij de gedetineerden vanuit hun eigen verblijf- en werkomgeving naar de hulpverlener toekomen, of waarbij de hulpverlener de gedetineerden in zijn omgeving bezoekt. 
  • Verblijfszorg: Zorg in een vorm van (kleinschalig) wonen waarbij op verschillende niveaus begeleiding en ondersteuning wordt geboden.

Slide 16 - Diapositive

Indeling in segmenten
De zorgtypes (klinische, ambulante en verblijfszorg) worden verder verdeelt in verschillende Segmenten

De Segmenten zijn:
  • Geestelijke gezondheidszorg
  • Verslavingszorg 
  • Verstandelijk gehandicaptenzorg




Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Welke 3 zorgtypes zijn er?
A
Klinische zorg, Preventieve zorg en Ambulante zorg
B
Klinische zorg, Ambulante zorg en intensieve zorg
C
Klinische zorg, Ambulante zorg en Verblijfszorg
D
Ambulante zorg, Verblijfszorg en Preventieve zorg

Slide 19 - Quiz

Verslavingszorg

Slide 20 - Diapositive

Lesdoelen Verslaving
  • Aan het eind van deze les:
  • Kun je in eigen woorden benoemen wanneer er sprake is van een verslaving;
  • Kun je minimaal 3 verschillende symptomen van een verslaving benoemen;
  • Kun je het begrip verslavingszorg in eigen woorden uitleggen

Slide 21 - Diapositive

Verslavingen..
Wat weet je al? Waar denk jij aan?

Slide 22 - Question ouverte

Wat is een verslaving?
Een definitie van verslaving:
"We spreken van verslaving
wanneer het gebruik iemands leven
dusdanig negatief beïnvloed
dat het onhandelbaar wordt."

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Wat valt je op in het filmpje?

Slide 25 - Question ouverte

Slide 26 - Diapositive

Wanneer is er sprake van een verslaving?
  • Niet meer zonder een middel kunt, lichamelijk of psychisch
  • Steeds meer nodig hebt om hetzelfde effect te bereiken
  • Ontwenningsverschijnselen krijgt als je niet gebruikt
  • Probeert te stoppen maar het lukt niet

Slide 27 - Diapositive

Symptomen verslaving
  • Verlies van controle over het gebruik 
  • Stemmingswisselingen en irrationeel gedrag (zonder je verstand te gebruiken)
  • Kan voorkomen:
    - pijnlijke/rode ogen               - onregelmatige ademhaling
    - misselijkheid                           - verwijde of vernauwde pupillen
    - trillende handen                    - jeukende of lopende neus

Slide 28 - Diapositive

Hoe ontstaat een verslaving?
  • Geleidelijk  in fasen
  1. Experimenteerfase
  2. Sociaal gebruik
  3. Schadelijk gebruik / misbruik
  4. Verslaving

Slide 29 - Diapositive

Oorzaken verslaving
  • Genetische aanleg (40 tot 60% meer kans op verslaving)
  • Psychische stoornis (waaronder depressie en bipolariteit)
  • Omgeving: relatieproblemen, rouw, werkeloosheid, misbruik, geweld, financiën, verslaafde vrienden
  • Biologisch: genotsgevoel (dopamine). Hersenen en lichaam hunkert naar meer 


Slide 30 - Diapositive

Ontwenningsverschijnselen 
  • Hunkering
  • Depressie
  • Rusteloosheid
  • Gapen
  • Zweten
  • Kippenvel  
  • Trillen

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Vidéo

Verslavingszorg
  • Gespecialiseerde vorm van geestelijke en lichamelijke gezondheidszorg
  • Samenwerking met meerdere disciplines
  • Sociaal-maatschappelijke functie
  • Gedragsverandering en behandeldoelen


Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Vidéo

Fasen van herstel
  1. Symptomatisch herstel:
    gericht op stoppen gebruik
  2. Functioneel herstel:
    gericht op participatie
  3. Persoonlijk herstel:
    gericht op versterken regie/doel
    in het leven

Slide 35 - Diapositive

Een aantal vragen:

Slide 36 - Diapositive

Wat wordt er bedoeld met verslaving?
A
Het lichaam is gewend geraakt aan de werking van het genotsmiddel
B
Niet alleen het lichaam, maar ook de geest kan afhankelijk worden van het genotsmiddel
C
Als je verslaafd bent zie je er altijd uit als een junk of zwerver

Slide 37 - Quiz

Een verslaving kan erfelijk belast zijn.
A
Feit
B
Fabel

Slide 38 - Quiz

Wat houdt intoxicatie in?
A
Vergiftiging
B
Gewenning
C
Ontwenning
D
Shock

Slide 39 - Quiz

Wat zijn ontwenningsverschijnselen?
A
Symptomen die optreden na het gebruik van een middel
B
Symptomen die optreden bij een intoxicatie
C
Symptomen die optreden als het middel niet gebruikt wordt
D
Symptomen die optreden bij gewenning

Slide 40 - Quiz

Kunnen slaapmiddelen verslavend zijn?
A
Ja
B
Nee

Slide 41 - Quiz

Wat is GEEN herkenbaar gedrag bij een verslaving?
A
vaak aan drank en/of drugs denken
B
gebruik om beter te kunnen functioneren
C
gebruik om stemming te veranderen
D
veel water drinken, door de hele dag

Slide 42 - Quiz

Hoe kun je iemand met een verslaving begeleiden?
A
Zeggen wat hij/zij moet doen
B
Diegene dwingen om in behandeling te gaan
C
Motiveren
D
Iemand rust geven en niks laten doen

Slide 43 - Quiz

Een middel als heroïne heeft zo'n krachtig effect dat gebruikers er direct verslaafd aan kunnen raken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 44 - Quiz

Mensen met ADHD hebben een verhoogd risico op verslaving.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 45 - Quiz

Literatuur
  • Collectie 3/4 2020 - Zorg specifiek - Thema: Geestelijke gezondheidszorg
    Leerpad: Herstelondersteunende zorg (niv. 3: 12, niv. 4: 13)
  • https://helpmijndierbareisverslaafd.nl/verslaving/ 
  • https://www.tactus.nl/

Slide 46 - Diapositive