Puntjes op de i (laatste les voor SE en PO maart 2022)

Net zoveel zin in de les als hij?
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Net zoveel zin in de les als hij?

Slide 1 - Diapositive

We gaan wat puntjes op de i zetten
Voor de vakantie was er een verzoek om uitleg over de citroenzuurcyclus.
Deze uitleg komt van biologiepagina, daar staat sowieso nog veel meer, dus kijk daar zelf (5V)
Pak nu je binas erbij, citroenzuurcyclus

Maar eerst even een vraagje.....

Slide 2 - Diapositive

Citroenzuurcyclus
Glycolyse
Decarboxylering
Oxidatieve fosforylering

Slide 3 - Question de remorquage

Slide 4 - Lien

In de ademhalingsketen worden de energierijke moleculen NADH en FADH2
omgezet. Bij welke (deel) processen is  NADH ontstaan? (2p)
NADH
glycolyse
citroenzuurcyclus
oxydatieve fosforylering
melkzuurgisting

Slide 5 - Question de remorquage

Nu volgen wat 'random' vragen

Slide 6 - Diapositive

Wat is de juiste formule om de netto primaire productie te berekenen?
A
NPP=BPP-dissimilatie
B
NPP=assimilatie-BPP
C
BPP=NPP-dissimilatie
D
BPP=assimilatie-NPP

Slide 7 - Quiz

Anna zegt: accumulatie wordt veroorzaakt door het feit dat de gifstoffen niet worden afgebroken.
Teun zegt: accumulatie wordt veroorzaakt door het feit dat in een voedselketen altijd biomassa verloren gaat.
Wie heeft gelijk?
A
Geen van beide
B
Anna
C
Teun
D
Beide

Slide 8 - Quiz

Noem een biotische factor die van invloed is op het leven van een vlo

Slide 9 - Question ouverte

Het vlekkenpatroon van de vacht bij cavia's wordt bepaald door één gen met de allelen G en g. Bij aanwezigheid van G is de cavia gevlekt. Aangenomen wordt dat 85% van de cavia's gevlekt is. De populatie is in Hardy-Weinberg evenwicht.
Welk percentage gevlekte cavia's is heterozygoot?
A
4%
B
26%
C
48%
D
61%

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Diapositive

Een kat en een mus behoren tot verschillende groepen van de gewervelden. Toch hebben ze overeenkomsten.

Welk kenmerk geldt voor zowel een kat als een mus?
A
De huid is bedekt met haren
B
De lichaamstemperatuur is constant
C
De lichaamstemperatuur is wisselend
D
Beide dieren planten zich levendbarend voort

Slide 12 - Quiz

Als gevolg van vermesting van het water (eutrofiëring) kan het water in de zomer erg zuurstofarm worden.

Welk van de volgende processen verloopt dan niet of nauwelijks?
A
ammonificatie
B
nitrificatie
C
denitrificatie
D
fixatie

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

C4-planten.....
A
hebben meer stomata (huidmondjes) dan C3-planten gebruiken PEP-carboxylase in plaats van Rubisco
B
zijn beteraangepast aan een droog milieu dan CAM-planten
C
omzeilen fotorespiratie door lichtreactie en calvincyclus qua plaats te scheiden
D
A, B, en C zijn juist

Slide 17 - Quiz

Hoeveel vertrouwen heb je nu in jezelf voor dit SE biologie?
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Sondage