Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Grammatica: taalkundig ontleden
1 / 28
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Cette leçon contient
28 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
oefenen met woordsoorten
Lidwoord, zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig werkwoord , hulpwerkwoord,
persoonlijk & bezittelijk voornaamwoord.
Slide 2 - Diapositive
Kies de juiste woordsoort.
Je moet nooit
frisdrank
drinken bij de computer.
A
Zelfstandig naamwoord (zn)
B
Voorzetsel (vz)
C
Bijvoeglijk naamwoord (bn)
Slide 3 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Ik heb een
mo
oie
trui gekocht.
A
Zelfstandig naamwoord (zn)
B
Voorzetsel (vz)
C
Bijvoeglijk naamwoord (bn)
D
Bijwoord (bw)
Slide 4 - Quiz
Hoeveel lidwoorden tel je?
De man met het kleine hoedje kocht een taartje bij de bakker.
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 5 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Gisteravond heb ik een film
gekeken
.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
Slide 6 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Morgen
wil
hij 10 kilometer fietsen.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
Slide 7 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Mijn kater
wordt
volgende week geopereerd.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
Slide 8 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Alle leerlingen
lezen
10 minuten in
hun boeken.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
Slide 9 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Deze artiest
kan
heel goed zingen.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
Slide 10 - Quiz
Welke lidwoorden zijn er?
Slide 11 - Question ouverte
Noteer de bezittelijke voornaamwoorden.
Het was zijn idee om onze moeder te verrassen met een foto van haar overleden zus.
Slide 12 - Question ouverte
Noteer de persoonlijke voornaamwoorden.
Ik ga komend weekend met hem naar
de nieuwste film van Captain America.
Slide 13 - Question ouverte
Kies de juiste woordsoort.
Gelukkig mag ik straks weer naar
huis
.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Zelfstandig naamwoord (zn)
C
Bijvoeglijk naamwoord (bn)
D
Voorzetsel (vz)
Slide 14 - Quiz
Hoeveel bijvoeglijk naamwoorden (bn) staan er in onderstaande zin?
Ons nieuwe huis is mooi en groot.
Slide 15 - Question ouverte
Hoeveel zelfstandig naamwoorden (zn) staan er in onderstaande zin?
Jip en Janneke hebben een hond die Takkie heet.
Slide 16 - Question ouverte
Kies de juiste woordsoort.
Ik
heb
veel nagedacht.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
Slide 17 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
De les Nederlands valt vandaag uit, want de leraar is
ziek
.
A
Bijvoeglijk naamwoord
B
Hulpwerkwoord (hww)
C
Zelfstandig werkwoord (zww)
D
Zelfstandig naamwoord
Slide 18 - Quiz
Hoeveel voorzetsels staan er in onderstaande zin?
Na de gymles op school kleden de leerlingen zich altijd snel om.
Slide 19 - Question ouverte
Kies de juiste woordsoort.
Deze kok
heeft
loempia’s met verschillende Aziatische smaken bedacht.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
Slide 20 - Quiz
Noteer de bijvoeglijke naamwoorden.
Van oude boterhammen kun
je heerlijke tosti's maken.
Slide 21 - Question ouverte
Kies de juiste woordsoort.
Deze kok heeft
loempia’s met verschillende Aziatische smaken
bedacht
.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
Slide 22 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Archeologen
hebben
een bijzondere vondst gedaan
in het Italiaanse Pompeï
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
C
Zelfstandig naamwoord
D
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 23 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Archeologen
hebben
een bijzondere vondst gedaan
in het Italiaanse Pompeï
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
C
Zelfstandig naamwoord
D
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 24 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Volgens mij word jij beïnvloed door
jouw
vrienden
A
Pers. voornaamwoord
B
Bez. voornaamwoord
Slide 25 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Archeologen hebben
een bijzondere vondst gedaan
in het
Italiaanse
Pompeï
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
C
Zelfstandig naamwoord
D
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 26 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Volgens
mij
word jij beïnvloed door jouw vrienden
A
Pers. voornaamwoord
B
Bez. voornaamwoord
Slide 27 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Volgens mij word
jij
beïnvloed door jouw vrienden
A
Pers. voornaamwoord
B
Bez. voornaamwoord
Slide 28 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
(1) Herhaling woordsoorten brugklas
Décembre 2024
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Herhaling woordsoorten
il y a 26 jours
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
(1) Herhaling woordsoorten brugklas
il y a 24 jours
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
(1) Herhaling woordsoorten brugklas
Janvier 2025
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Oefenen woordsoorten brugklas
Mars 2024
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
(1) Herhaling woordsoorten brugklas
Août 2023
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
(1) Herhaling woordsoorten brugklas
Juin 2024
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
(1) Herhaling woordsoorten brugklas
Avril 2024
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1