M3wi3 Hoofdstuk 4

12.30-12.35 Op de juiste plek gaan zitten en alleen iPad op tafel
12.35-12.40 Verwachtingen


1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

12.30-12.35 Op de juiste plek gaan zitten en alleen iPad op tafel
12.35-12.40 Verwachtingen


Slide 1 - Diapositive

Wat verwacht ik van jullie?
Je luistert in stilte naar de uitleg.
Je doet actief mee met de uitleg.
Als je een vraag hebt of het antwoord weet, steek je je hand omhoog en wacht je tot dat je de beurt hebt.
Je luistert naar elkaar en naar mij.

Slide 2 - Diapositive

12.30-12.35
Op de juiste plek gaan zitten
12.35-12.40
Verwachtingen en planning
12.40-12.50
Klassikale uitleg
12.50-13.15
Zelfstandig werken of extra uitleg
13.15-13.20
13.20-13.35
Zelfstandig werken
13.35-13.45
Toetsopgave oefenen
13.45-13.50
Afsluiting

Slide 3 - Diapositive

Je leert aan de hand van een factor aangeven of het totale aantal stijgt of daalt.

Je leert de grootte van de stijging of daling berekenen.
Je leert steeds hetzelfde percentage erbij of eraf schrijven als een vermenigvuldiging.
Je leert vermenigvuldigingen met dezelfde factor korter schrijven.
Je leert aan de hand van een factor aangeven of het totale aantal stijgt of daalt.
Je leert de grootte van de stijging of daling berekenen.
Je leert steeds hetzelfde percentage erbij of eraf schrijven als een vermenigvuldiging.
Je leert vermenigvuldigingen met dezelfde factor korter schrijven.
Je leert grote getallen in de wetenschappelijke notatie schrijven.
Je leert kleine getallen in de wetenschappelijke notatie schrijven als gewone getallen.
Je leert kleine getallen in de wetenschappelijke notatie schrijven.
Je leert rekenen met grote getallen.


Slide 4 - Diapositive

Je leert aan de hand van een factor aangeven of het totale aantal stijgt of daalt.

Slide 5 - Question ouverte

Je leert de grootte van de stijging of daling berekenen.

Slide 6 - Diapositive

Je leert steeds hetzelfde percentage erbij of eraf schrijven als een vermenigvuldiging.

Slide 7 - Question ouverte

Je leert vermenigvuldigingen met dezelfde factor korter schrijven.

Slide 8 - Diapositive

Wat is het verschil tussen een wetenschappelijke notatie van een groot getal en een klein getal?

Slide 9 - Question ouverte

Wat ga je doen om een goed cijfer te halen?

Slide 10 - Carte mentale

Wat voor cijfer denk je te halen?
010

Slide 11 - Sondage

Wat ga je nu doen?
A
Ik wil graag extra uitleg
B
Ik ga zelfstandig oefen voor de toets

Slide 12 - Quiz

12.30-12.35
Op de juiste plek gaan zitten
12.35-12.40
Verwachtingen en planning
12.40-12.50
Klassikale uitleg
12.50-13.15
Zelfstandig werken of extra uitleg
13.15-13.20
13.20-13.35
Zelfstandig werken
13.35-13.45
Toetsopgave oefenen
13.45-13.50
Afsluiting

Slide 13 - Diapositive

12.30-12.35
Op de juiste plek gaan zitten
12.35-12.40
Verwachtingen en planning
12.40-12.50
Klassikale uitleg
12.50-13.15
Zelfstandig werken of extra uitleg
13.15-13.20
13.20-13.35
Zelfstandig werken
13.35-13.45
Toetsopgave oefenen
13.45-13.50
Afsluiting

Slide 14 - Diapositive

12.30-12.35
Op de juiste plek gaan zitten
12.35-12.40
Verwachtingen en planning
12.40-12.50
Klassikale uitleg
12.50-13.15
Zelfstandig werken of extra uitleg
13.15-13.20
13.20-13.35
Zelfstandig werken
13.35-13.45
Toetsopgave oefenen
13.45-13.50
Afsluiting

Slide 15 - Diapositive

12.30-12.35
Op de juiste plek gaan zitten
12.35-12.40
Verwachtingen en planning
12.40-12.50
Klassikale uitleg
12.50-13.15
Zelfstandig werken of extra uitleg
13.15-13.20
13.20-13.35
Zelfstandig werken
13.35-13.45
Toetsopgave oefenen
13.45-13.50
Afsluiting

Slide 16 - Diapositive

12.30-12.35
Op de juiste plek gaan zitten
12.35-12.40
Verwachtingen en planning
12.40-12.50
Klassikale uitleg
12.50-13.15
Zelfstandig werken of extra uitleg
13.15-13.20
13.20-13.35
Zelfstandig werken
13.35-13.45
Toetsopgave oefenen
13.45-13.50
Afsluiting

Slide 17 - Diapositive

Je leert aan de hand van een factor aangeven of het totale aantal stijgt of daalt.

Je leert de grootte van de stijging of daling berekenen.
Je leert steeds hetzelfde percentage erbij of eraf schrijven als een vermenigvuldiging.
Je leert vermenigvuldigingen met dezelfde factor korter schrijven.
Je leert aan de hand van een factor aangeven of het totale aantal stijgt of daalt.
Je leert de grootte van de stijging of daling berekenen.
Je leert steeds hetzelfde percentage erbij of eraf schrijven als een vermenigvuldiging.
Je leert vermenigvuldigingen met dezelfde factor korter schrijven.
Je leert grote getallen in de wetenschappelijke notatie schrijven.
Je leert kleine getallen in de wetenschappelijke notatie schrijven als gewone getallen.
Je leert kleine getallen in de wetenschappelijke notatie schrijven.
Je leert rekenen met grote getallen.


Slide 18 - Diapositive

Wat voor cijfer denk je te halen?
010

Slide 19 - Sondage