Thema 1 hoofdstuk 1: Moraal en ethiek

Moraal en ethiek
1 / 47
suivant
Slide 1: Diapositive
FilosofieSecundair onderwijs

Cette leçon contient 47 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 123 min

Éléments de cette leçon

Moraal en ethiek

Slide 1 - Diapositive

Begrippenkader

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Vind jij dat dit kan? Waarom wel/waarom niet?

Slide 4 - Question ouverte

Welke gevoelens roept dit bij jou op?

Slide 5 - Question ouverte

Mag/moet de overheid hier regels voor opstellen?

Slide 6 - Question ouverte

Mag de overheid dit verbieden?

Slide 7 - Question ouverte

Maak oefening 1 p8

Slide 8 - Diapositive

Wat doe je in volgende situaties

Slide 9 - Diapositive

Je wandelt door een drukke winkelstraat en ziet een bedelaar zitten.

Slide 10 - Question ouverte

Je komt tijdens de middagpauze het schoolgebouw binnen en ziet dat een leerling uit het zesde middelbaar belaagd wordt door twee andere leerlingen. Je hebt nog nooit een woord met hem gewisseld.

Slide 11 - Question ouverte

Je loopt op een verlaten pleintje als je een portefeuille ziet liggen.

Slide 12 - Question ouverte

Maak oefening 2 en 3 op p8-9

Slide 13 - Diapositive

Is wat je zou doen in elk van die situaties goed of slecht? Waarom is dat goed of slecht?

Slide 14 - Question ouverte

Wat betekent het goede doen?

Slide 15 - Question ouverte

Moraal

Slide 16 - Diapositive

1.1 MORAAL
  •  Moraal: geheel van gebruiken, waarden en normen die verbonden zijn met het goede leven en het juiste handelen. 
  • Ontwikkeld zich al in de kinderjaren cfr. Piaget en Kohlberg
  1. tot  10 jaar overweging van goed of kwaad met straf of belonen
  2. bij jongeren vooral gericht op sociale verwachtingen
  3. worden gevormd vanuit eigen referentiekader

Slide 17 - Diapositive

Geef een voorbeeld van een waarde die jongeren belangrijk vinden

Slide 18 - Question ouverte

Geef een voorbeeld van een norm die jongeren belangrijk vinden

Slide 19 - Question ouverte

Geef een voorbeeld van een gebruik die jongeren belangrijk vinden

Slide 20 - Question ouverte

Door wie of wat laat je je beïnvloeden in je morele keuzes?

Slide 21 - Question ouverte

Deontologie
  • = geheel van plichten die bij een bepaalde beroepsgroep bepaalt hoe men zich moet gedragen, synoniem: plichtenleer  vb Eed van Hipocrates

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Toon met twee voorbeelden aan dat moraal kan veranderen.

Slide 25 - Question ouverte

Geef een gelijkenis met vandaag.

Slide 26 - Question ouverte

Waardeconflicten

Slide 27 - Diapositive

Waardeconflicten
  • Niet iedereen vindt dezelfde waarden even belangrijk.
  • Hierdoor kunnen er conflicten ontstaan. 

Slide 28 - Diapositive

Intrapersoonlijk waardeconflict
Conflict waarbij de waarden van één persoon met elkaar botsen.
vb.: Ik vind geweldloosheid belangrijker dan veiligheid.  Wanneer ik echter 's avonds op straat me bedreigd voel, zal ik mezelf toch wel verdedigen

Slide 29 - Diapositive

Interpersoonlijk conflict
Conflict waarbij de waarden van verschillende mensen met elkaar botsen.
vb.: In de jeugdbeweging is er een conflict tussen twee leiders over het uur waarop de leden op kamp moeten gaan slapen. De ene leider vindt dat de leden hierin vrij zijn en zelf mogen kiezen. De andere leider vindt gehoorzaamheid belangrijk en stelt dat de leden nog te jong zijn om zelf te bepalen wanneer ze gaan slapen.

Slide 30 - Diapositive

Maatschappelijk waardeconflict
Conflict waarbij maatschappelijke waarden met elkaar botsen.
vb.: In Amerika staan de twee grote politieke groepen, de democraten en de republikeinen, tegenover elkaar wat betreft het wapenbezit. De democraten vinden dat wapenbezit omwille van de veiligheid van de Amerikanen moet beperkt worden. De republikeinen vinden dat alle Amerikanen vrij moeten zijn om wapens te kunnen bezitten.

Slide 31 - Diapositive

Welke waardeconflicten herken je in de volgende situaties?
Vermeld telkens welke waarden worden afgewogen. 

Slide 32 - Diapositive

De zestigjarige Roger verneemt dat hij ongeneeslijk ziek is. Bij zijn wekelijkse bezoek aan zijn moeder merkt die op dat haar zoon er bedrukt uitziet. Op haar vraag of er iets scheelt, brengt Roger het gesprek op een ander onderwerp, uit angst dat de waarheid haar bezorgd zou maken.

Slide 33 - Question ouverte

De Vlaamse plastisch chirurg Jeff Hoeyberghs deed in 2019 een aantal vrouwonvriendelijke
uitspraken tijdens een lezing voor de Gentse studentenclub KVHV. Hij werd veroordeeld tot
een celstraf van tien maanden (waarvan de helft met uitstel), voor onder meer seksisme en
discriminatie. Naast de vele positieve reacties op de uitspraak, waren er verschillende stemmen te
horen die ontgoocheld waren over de uitkomst van het proces.

Slide 34 - Question ouverte

Maak de oefening op p17

Slide 35 - Diapositive

Keuzes
  • Enkel rekening gehouden met je persoonlijke voorkeuren = amoreel handelen 
  • Bij sommige onderwerpen kon je toch moreel kiezen

Slide 36 - Diapositive

Welke morele afwegingen zou je kunnen maken?

Slide 37 - Question ouverte

Welke waarden kun je daaraan koppelen?

Slide 38 - Question ouverte

Keuzes
Als we handelen op een manier die ervoor zorgt dat we juist handelen of daardoor een goed mens zijn, is er sprake van moreel handelen. We kiezen voor die optie die moreel de beste is. Handelen we op een manier die niet hoort, omdat het gedrag bijvoorbeeld ingaat tegen een bepaalde norm, dan gaat het om
immoreel handelen.

Slide 39 - Diapositive

Beantwoord de vragen bij het filmfragment op p18 - 19

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Lien

Wat wordt bedoeld met de 3 P’s?

Slide 42 - Question ouverte

Wat is fast fashion?

Slide 43 - Question ouverte

Welke morele afwegingen kun je maken bij de aankoop van kleren?

Slide 44 - Question ouverte

Is de keuze voor tweedehandskleren altijd een goede keuze? Motiveer je antwoord.

Slide 45 - Question ouverte

Is de aankoop van kleding volgens jou een morele of een amorele handeling? Motiveer je antwoord.

Slide 46 - Question ouverte

Keuzes
Filosofen wijzen erop dat er ook voorbeelden zijn van de omgekeerde beweging, namelijk van beslissingen die vandaag amoreel zijn, maar vroeger een moreel karakter hadden. Zo werd de keuze om kinderen te krijgen een aantal decennia geleden onder invloed van de kerk beschouwd als een morele
keuze.

Slide 47 - Diapositive