Ma 19 dec Lidwoorden en zelfstandige naamwoorden

Lidwoord

  • Lidwoorden: de - het - een
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Lidwoord

  • Lidwoorden: de - het - een

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Let op!
Alle meervouden krijgen
de
als lidwoord.
Bijvoorbeeld: de huizen




Slide 2 - Diapositive

 Zelfstandig naamwoorden krijgen in het meervoud dus altijd de  en nooit het of een.  Ook al staat er in het enkelvoud het  voor het zelfstandig naamwoord.

Bron foto: Jennifer C., Flickr

Let op!


Alle verkleinwoorden krijgen het als lidwoord.
Bijvoorbeeld: het huisje


Slide 3 - Diapositive

 Zelfstandig naamwoorden krijgen in het meervoud dus altijd de  en nooit het of een.  Ook al staat er in het enkelvoud het  voor het zelfstandig naamwoord.

Bron foto: Jennifer C., Flickr

Bepaald en onbepaald lidwoord
Een lidwoord hoort altijd bij een zelfstandig naamwoord!
Er zijn drie lidwoorden: de, het, een.






Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Uitzonderingen
- Als je een uitspreekt als 1, is het geen lidwoord.

- Als het niet voor een zelfstandig naamwoord staat, is het geen lidwoord.
Het regent.
Het is gezellig
Het is al laat. 

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bepaalde lidwoorden
Onbepaald lidwoord
  • Er zijn twee bepaalde   lidwoorden. DE, HET
  • Ze geven iets aan wat   voor jou duidelijk is.
  • Er is één onbepaald   lidwoord.
  • Het geeft iets algemeens   aan.
  • Onbepaald lidwoord: EEN.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lidwoorden
Er zijn drie lidwoorden: de, het, een.

De en het -> bepaald lidwoord.
een -> onbepaald lidwoord.




Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Let op:
Een lidwoord hoort altijd bij een zelfstandig naamwoord. 
Maar:
Een zelfstandig naamwoord heeft niet altijd een lidwoord.
Bijvoorbeeld bij namen: 
Bowie

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lidwoord (lw)
Soms zie je 'het' staan in een zin, maar is het geen lidwoord.
Dat komt, omdat het dan NIET bij een zelfstandig naamwoord hoort.

Het regent buiten hard.
Heb je het al verteld?

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lidwoorden
Er zijn drie lidwoorden: 
de, het, een.

De en het -> bepaald lidwoord.
een -> onbepaald lidwoord.




Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelfstandig naamwoord
  • Een zelfstandig naamwoord komt altijd ACHTER het lidwoord.
- De computer 
De = lidwoord. Computer = zelfstandig naamwoord
- Het kopje
Het = lidwoord. Kopje = zelfstandig naamwoord.
- Een vogelhuisje
Een = lidwoord. Vogelhuisje = zelfstandig naamwoord.
                                       Lidwoord en zelfstandig naamwoord horen dus bij elkaar!! 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

10

Slide 12 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

bijvoeglijk naamwoord 
zelfstandig naamwoord
lidwoord

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

lidwoord
zelfstandig naamwoord
werkwoord
de
vogels
vliegen

Slide 14 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Lidwoord
zelfstandig naamwoord
Een 
aanrijding 
op 
de 
snelweg 
zorgt 
meestal 
voor 
een  
lange 
file.
Plaats de lidwoorden en zelfstandig naamwoorden van de zin in de juiste kolom. Er blijven woorden over.

Slide 15 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

De
verkoper
Glimlacht
Werkwoord
Lidwoord
Zelfstandig naamwoord

Slide 16 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Klare taal
Hoofdstuk 7

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions