,

3.1 Belasting op aankopen

Wat gaan we doen vandaag?
  • Uitleg paragraaf 1 (20 min)
  • zelfstandig werken (25 min)
  • Wat hebben we geleerd (5 min)
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Wat gaan we doen vandaag?
  • Uitleg paragraaf 1 (20 min)
  • zelfstandig werken (25 min)
  • Wat hebben we geleerd (5 min)

Slide 1 - Diapositive

Economie 
3K
6.1
Belasting op aankopen

Slide 2 - Diapositive

Leerdoel: Na de les weet je wat BTW en accijns is.
6.1
Belasting op aankopen

Slide 3 - Diapositive

6.1 Belasting op aankopen
Btw
Accijns
&
Milieuheffingen
Indirecte belastingen

Slide 4 - Diapositive

6.1 Belasting op aankopen

Slide 5 - Diapositive

Winkelprijs

De winkelprijs is de prijs die de consument in de winkel betaalt voor een product of dienst. Dit wordt ook wel de consumentenprijs genoemd. Het is de prijs die je aan de winkelier betaalt, inclusief btw.


consumentenprijs = verkoopprijs + btw

Slide 6 - Diapositive

Winkelprijs
BTW = Belasting toegevoegde waarde

BTW is een % van de verkoopprijs exclusief BTW

Slide 7 - Diapositive

 BTW berekenen
Prijs exclusief = 100 %
BTW = 21 % of 9%                                     +
Prijs inclusief BTW = 121 % of 109%


Slide 8 - Diapositive

Rekenen met BTW
Verkoopprijs jas € 125 en btw is 21%. 
Bereken de consumentenprijs

  1. BTW berekenen:
    € 125 : 100 x 21 = € 26,25
  2. Consumentenprijs berekenen
    € 125 + € 26,25 = € 151,25

Slide 9 - Diapositive

6.1 Belasting op inkopen

Slide 10 - Diapositive

Toegevoegde waarde
  • Bij inkoop betaal je ook BTW aan je leverancier
  • Bij verkoop ontvang je BTW van je klant
  • BTW van je klant moet je betalen aan de belastingdienst

Slide 11 - Diapositive

Inkoop is € 3,00
Verkoop € 6,05
BTW = € 1,05 - € 0,63 = € 0,42
Toegevoegde waarde

Slide 12 - Diapositive

Accijns (verbruiksbelasting)
Accijns is een belasting op bepaalde producten met als doel de prijs te verhogen. Hierdoor wordt het gebruik verminderd

Tabak
Alcohol
Benzine

Slide 13 - Diapositive

Hoeveel eurocent accijns gaat er per flesje naar de overheid?

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Wat hebben de winkeliers eigenlijk aan btw inkomsten?

Slide 16 - Question ouverte

1

Slide 17 - Vidéo

00:19
Wat is de echte afkorting van BTW?

Slide 18 - Question ouverte

Hoe kan de overheid consumentengedrag beïnvloeden via de BTW-tarieven?

Slide 19 - Question ouverte

Hoe kan de overheid consumentengedrag beïnvloeden via de BTW-tarieven?

Slide 20 - Question ouverte

Zelfstandig werken
  • Maken opdrachten hoofdstuk 3 paragraaf 1

  • Lees de theorie op bladzijde 85
  • Maak de opdrachten 1 t/m 13

Slide 21 - Diapositive

opdrachten maken

Slide 22 - Diapositive

Wat heb je geleerd?

Slide 23 - Diapositive

BTW
Een frikandellenbroodje kost inclusief BTW € 1,25.
Wat kost het broodje exclusief BTW? ( 9%)

Slide 24 - Diapositive

BTW
Een frikandellenbroodje kost inclusief BTW € 1,25.
Wat kost het broodje exclusief BTW? ( 9%)

Antwoord
€ 1,25 : 109 x 100 = € 1,15
€ 1,25 - € 1,15 = € 0,10

Slide 25 - Diapositive

Rekenen met BTW
Verkoopprijs jas € 125 en btw is 21%. 
Bereken de consumentenprijs

  1. BTW berekenen:
    € 125 : 100 x 21 = € 26,25
  2. Consumentenprijs berekenen
    € 125 + € 26,25 = € 151,25

Slide 26 - Diapositive