5.0 - Oriëntatie

H5 - Oriëntatie
Steden en Staten
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H5 - Oriëntatie
Steden en Staten

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
Aan het eind van deze les kun je:

  • kan je benoemen over welk tijdvak hoofdstuk 5 gaat. (R)
  • ...weet je van wanneer tot wanneer de tijd van steden en staten duurde. (R)


Slide 2 - Diapositive

H5 - Oriëntatie
Steden en Staten
Tijd van Steden en Staten
1000 - 1500

Slide 3 - Diapositive

Tijd van steden en staten
In het wit zie je een stadspoort. Ging je in de Middeleeuwen een stad binnen, dan moest je door de stadspoort. In veel steden werd een hoge en prachtig versierde kerk gebouwd. Op de achtergrond zie je de binnenkant van zo'n kerk.
stadspoort
Een poort is iets waar je onderdoor kan lopen. Je kan een poort ook afsluiten, zodat er niemand meer doorheen kan. Een stadspoort is dan de poort van een stad.

Slide 4 - Diapositive

1000-1500
Bron: De stadspoort van de Middeleeuwse stad werd bewaakt. (blz. 71)

Slide 5 - Diapositive

Tijd van steden en staten
1000-1500

Slide 6 - Diapositive

Tijd van steden en staten
De tijd van steden en staten noemen we ook wel de late Middeleeuwen

Slide 7 - Diapositive

Tijd van steden en staten
In het vorige tijdvak leefden de meeste mensen op het platteland. Rond het jaar 1000 veranderde dat, er ontstonden nieuwe steden. De mensen in die steden leefden van de handel en nijverheid. Deze mensen wilden graag een eigen bestuur. Dit had grote gevolgen.
platteland
Land dat buiten een stad ligt. Je vindt hier vaak landbouwgrond (met akkerbouw en veeteelt) en dorpen.
handel
Het kopen en verkopen van producten.
nijverheid
Het maken van producten van grondstoffen. Bijvoorbeeld van de grondstof 'wol' wordt het product 'deken' gemaakt.
bestuur
Hoe een stad of land geregeerd wordt.

Slide 8 - Diapositive

Welke afbeelding past bij het tijdvak waar dit hoofdstuk over gaat?
A
B
C
D

Slide 9 - Quiz

Hoe heet dit tijdvak?
A
Tijd van Grieken en Romeinen
B
Tijd van monniken en ridders
C
Tijd van ontdekkers en hervormers
D
Tijd van steden en staten

Slide 10 - Quiz

Van wanneer tot wanneer duurt dit tijdvak?
A
Van 500 tot 1000
B
Tot 3000 v. Chr.
C
Van 1000 tot 1500
D
Van 1500 tot 1600

Slide 11 - Quiz

Hoe wordt dit tijdvak ook wel genoemd?
A
De prehistorie
B
De oudheid
C
De vroege middeleeuwen
D
De late middeleeuwen

Slide 12 - Quiz

Welke woorden en jaartallen passen op de lege plekken?
Tijd van monniken en ridders
Tijd van steden en staten
1000
1500
1600
1
nu

Slide 13 - Question de remorquage

Bekijk de bronnen. Beantwoord daarna de vragen.
Bron: De stadspoort van de Middeleeuwse stad werd bewaakt. (blz. 71)
Bron: Stadswachten in onze tijd. (blz. 71)

Slide 14 - Diapositive

Past de zin bij de Middeleeuwen, nu of beide?

"De stadswachten hebben een uniform aan."
A
Middeleeuwen
B
Nu
C
Beide

Slide 15 - Quiz

Past de zin bij de Middeleeuwen, nu of beide?

"De kleding van de stadswacht is gemaakt van ijzer."
A
Middeleeuwen
B
Nu
C
Beide

Slide 16 - Quiz

Past de zin bij de Middeleeuwen, nu of beide?

"De stadswachten bewaken de ingang van de stad."
A
Middeleeuwen
B
Nu
C
Beide

Slide 17 - Quiz

Past de zin bij de Middeleeuwen, nu of beide?

"De stadswacht heeft geen wapen, maar kan de politie oproepen als er gevaar is."
A
Middeleeuwen
B
Nu
C
Beide

Slide 18 - Quiz

Past de zin bij de Middeleeuwen, nu of beide?

"Stadswachten lopen rond in de stad en letten op kleine overtredingen."
A
Middeleeuwen
B
Nu
C
Beide

Slide 19 - Quiz

Past de zin bij de Middeleeuwen, nu of beide?

"De stadswachten zijn zwaar bewapend."
A
Middeleeuwen
B
Nu
C
Beide

Slide 20 - Quiz

Welk beeldkenmerk zie je in de strip?

Slide 21 - Diapositive

Welke twee beeldkenmerken zie je in de strip?

Slide 22 - Question ouverte

Huiswerk


Maken werkboek 5.0
Bladzijde 109

Slide 23 - Diapositive