Docenten van papier

1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

leraren in de literatuur
Een droogkloot, psychopaat, gefrustreerde intellectueel, pedofiele vrouwengek, excentriekeling, alcoholist of juist een bevlogen, invoelende idealist. Welk beeld van de docent krijgt de lezer uit Nederlandstalige romans? En: wat maakt de leraar tot zo’n populair personage?


Slide 2 - Diapositive

Zij die niets kunnen, worden leraar. En
zij die echt helemaal niets kunnen, worden gymleraar
Van wie is dit aforisme?
A
Woody Allen
B
Jules Deelder
C
Theo Thijssen

Slide 3 - Quiz

Impotent
Leraren in Nederlandse romans zijn  nogal eens impotent, merkt Kees 't Hart op in een essay  (De Groene 2009). Hij bedoelt dat hoofdzakelijk metaforisch:
het zijn de sukkels, de kneuzen, de outcasts met een minderwaardigheidscomplex en de mislukte intellectuelen die voor de klas komen te staan.

Slide 4 - Diapositive

soms is die impotentie niet louter metaforisch. In welk boek is de leraar werkelijk impotent?


A
Suezkade - Jan Siebelink
B
Oscar - Jan Siebelink
C
Hagar en Daan - Robert Anker

Slide 5 - Quiz

Hoe heette de meester van Pietje Bell?
A
Meester Stip
B
Meester Staal
C
Meester Ster

Slide 6 - Quiz

Welk personage eist van de leraar dat hij niet daalt en van de leerling dat hij klimt?

A
Schoolleider Bint uit Bint – Bordewijk
B
Rector Persijn uit De ziekte van Lodesteijn – Leví Weemoedt
C
Rector Wladimiroff uit Oorlogshond – Robert Anker

Slide 7 - Quiz

Frits Schotel de Bie
Dit personage (vers afgestudeerde Neerlandicus) uit Ivoren Wachters (1951) van Simon Vestdijk stelt zich op als een pedante intellectueel, onuitstaanbaar met zichzelf ingenomen, daardoor laatdunkend en humorloos ten opzichte van anderen.  Al de eerste dag bijt hij een leerling iets onvriendelijks toe. (Waarmee het verval al direct wordt ingezet. ‘Zeg hé, hou je ... .... een beetje voor je, zeg!’

Slide 8 - Diapositive

‘Zeg hé, hou je . . . een beetje voor je, zeg!’
Wat hoort er op de puntjes?
A
rottende rotmuil
B
afgebrande kerkhof
C
stinkende slijmsmurf

Slide 9 - Quiz

“Vele mensen schijnen Kees Bakels niet eens te hebben gekend, en dat is eigenlijk niet goed te begrijpen”
Uit welk boek van welke auteur is dit de beginzin?

Slide 10 - Question ouverte

Slide 11 - Diapositive

De geschiedenis van de lerarenroman gaat ver terug. Het oerboek aller lerarenromans Bint van Bordewijk verscheen in een tijd dat vooral dokters, dominees en priesters, kunstenaars, boeren en vissers de romans bevolkten.
Wanneer verscheen Bint
A
1934
B
1939
C
1946

Slide 12 - Quiz

Pas in de na-oorlogse literatuur wint de lerarenroman werkelijk aan populariteit. Illustratief is dat de Libris-jury in 2009 kon kiezen uit maar liefst drie lerarenromans; Visser van Rob van Essen, Suezkade van Jan Siebelink en Snijpunt van Nelleke Noordervliet. Welk boek nomineerde de jury?

A
Visser
B
Suezkade
C
Snijpunt

Slide 13 - Quiz

In veel romans hebben de leraren bijnamen. Maar welke bijnaam gaf een leraar zichzelf?

A
Nitwit. Nitwit Pennewip (Woutertje Pieterse – Multatuli)
B
Lul. Lul de Rijckel. Engels-Duits (De verwondering – Hugo Claus)
C
Cordesius. Cordesius Perfectius (Suezkade – Siebelink)

Slide 14 - Quiz

Roman Spoetnik van Martijn Niggers: Een jonge Amsterdamse leraar wordt in Brabant uitgekotst door zijn buren en zijn leerlingen.
In 2018 kondigde een cabaretier bij RTL Late Night aan de filmrechten te hebben gekocht. Wie?

A
Theo Maassen
B
Herman Finkers
C
Hans Teeuwen

Slide 15 - Quiz

De personagebank
 Universiteit van Utrecht (volkstelling literatuur) .
:684 Nederlandse karakters uit 133 romans. 
Beroepen van personages.  bv keisnijder

In de top 10 (In willekeurige volgorde) prostitue, arts, schrijver, kunstenaar, huisvrouw, gepensioneerd, scholier, student, werkloos, docent
.

Slide 16 - Diapositive

Docent staat in de top 3. Op welke plek?

A
1
B
2
C
3

Slide 17 - Quiz

Veel boeken spelen zich af op de middelbare school. Maar niet allemaal. Welk boek speelt zich af op de basisschool?
A
Een onschuldig meisje - Bernlef
B
Die zomer -Wanda Reisel
C
Snijpunt - Nelleke Noordvliet

Slide 18 - Quiz

Alles wat er was - Hanna Bervoets
Welke uitspraak klopt?

A
De personages zitten opgesloten in een school
B
Een van de personages is leraar
C
Beide zijn juist
D
Beide zijn onjuist

Slide 19 - Quiz

Spijt van Carry Slee
De dikke Jochem voelt zich ongelukkig in de klas. Hij wordt veel gepest. Zelfs zijn mentor doet mee.
Welk vak geeft de mentor?

A
Nederlands
B
Grieks
C
Lichamelijke opvoeding
D
Natuurkunde

Slide 20 - Quiz

In april 2019 verschijnt De leraar, een boek over een verzuurde, cynische leraar die uiteindelijk een monsterlijke kannabaal blijkt te zijn. Wie is de schrijver?

Slide 21 - Question ouverte

Wat is de bijnaam van deze Leraar Nederlands?

A
De uil
B
De kraai
C
De wolf
D
De mol

Slide 22 - Quiz

Eten en gegeten worden


In 2011 ging de Librisprijs naar het schokkende De maagd Marino van de Vlaming Yves Petry waarin een docent wordt opgegeten door zijn minnaar.

Slide 23 - Diapositive

Ton Bastings promoveerde op 13 december 2018 op een onderzoek naar het imago van de leraar in de Nederlandse literatuur. Hij las de vijftig lerarenromans die sinds 1933 verschenen en onderwierp er tien – voornamelijk geschreven door schrijvers die zelf voor de klas staan of stonden - aan een uitgebreide analyse.

Slide 24 - Diapositive

Bint (1934)- Bordewijk
Jan Siebelink – Suezkade (2008);
 Robert Anker – Oorlogshond (2011)
Hajar en Daan (2004);
 L.H. Wiener – Nestor (2002),
 De verering van Quirina T (2006), 
Eindelijk volstrekt alleen (2008), 
Shanghai Massage (2011); 
Cyrille Offermans – Dood van een leraar (2011) 
Martje van der Brug - Havo is geen optie (2013

Slide 25 - Diapositive

In hoeveel van deze tien romans is de leraar vrijgezel?
A
7
B
8
C
9
D
10

Slide 26 - Quiz

In hoeveel romans is de docent een zware drinker?
A
4
B
6
C
8
D
10

Slide 27 - Quiz

In hoeveel romans geeft de docent er voortijdig de brui aan?
A
4
B
6
C
8
D
10

Slide 28 - Quiz