Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Programma
Terugblik Reactief & Proactief Afronding blok 3
Slide 2 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
cirkel van invloed
Slide 3 - Diapositive
Je vergroot je cirkel van invloed door zelf de regie te pakken.
Hoe meer je je aandacht richt op zaken waar je je
betrokken bij voelt, maar geen invloed op hebt, dus
niets aan kan doen, de buitenste rand, hoe kleiner je eigen CvI wordt. Met
als gevolg dat je energie weg lekt, je steeds meer reactief
gedrag vertoont en je jezelf slachtoffer voelt.
Hoe meer je je aandacht richt op zaken waar je wel
invloed op hebt, dus waar je zelf wat aan kan doen, hoe
groter je eigen CvI wordt. Met als gevolg dat je juist
energie krijgt, je proactief gedrag vertoont en je steeds
vaker op zoek gaat naar mogelijkheden. Wat werkt
versterkt!
Hebben ze zelf een voorbeeld? (Zie eigen kladversie) Zijn er dingen die je eigenlijk kunt verplaatsen naar de binnenste cirkel? Waar je dus wel invloed op zou kunnen hebben?
Slide 4 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Welke uitspraken herken je bij je doel?
Slide 5 - Question ouverte
Cet élément n'a pas d'instructions
Proactief versus reactief
Je hebt invloed op HOE je reageert.
Kom er in de volgende quiz achter wat jouw eerste reactie is.
Slide 6 - Diapositive
Elke dag hebben we wel honderd kansen om te kiezen hoe we reageren; proactief ( vooruitziend) of reactief (reagerend). Je hebt invloed op HOE je reageert.
Kom er in de volgende quiz achter wat jouw eerste reactie is.
Hoe zou jij reageren?
1
A
Haar de huid vol schelden en daarna wegstormen
B
Haar ermee confronteren en vertellen hoe je je voelt
C
Haar vergeven
D
Haar buitensluiten, dat deed ze ook bij jou.
Slide 7 - Quiz
Speel het geluidsfragment af.. De proactieve manier van reageren is antwoord B en C. Reactief is A en D. Reactieve mensen handelen vanuit impuls. Proactieve mensen denken eerst, voordat ze handelen.
Hoe zou jij reageren?
2
A
Klagen over de oneerlijkheid van deze beslissing.
B
Gewoon hard blijven werken.
C
Vragen waarom de nieuwe op za mag werken en jij niet.
D
De kantjes ervan aflopen op je werk.
Slide 8 - Quiz
Reactieve antwoorden zijn A en D. Proactief B en C. Reactieve mensen zijn net al een blikje frisdrank. Als het leven ze een beetje door elkaar schudt, bouwt de druk op en ontploffen ze. Proactieve mensen zijn als water. Je kunt schudden wat je wilt, maar er gebeurt niets. Ze zijn kalm, rustig en hebben alles onder controle.
Pro actief
Reactief
Ik zal het proberen
Zo zit ik nu eenmaal in elkaar
Ik zal het doen
Ik kan het veel beter
Ik moet wel
Ik kies ervoor
Ik kan het niet
Er moet een manier zijn
Slide 9 - Question de remorquage
Bij reactief taalgebruik leg je de verantwoordelijkheid buiten jezelf. Bij proactief taalgebruik laat je zien dat je zelf verantwoordelijk bent voor je keuzes. Ben je pro actief heb je de houding=het lukt. Reactieve houding=het lukt niet.