Proeftoets MASK onderwerpen P1/5

Proeftoets MASK P5
Politiek
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
MASKMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Proeftoets MASK P5
Politiek

Slide 1 - Diapositive

1. Waarom is de media ook wel :
"waakhond van de democratie " ?
A
ze blaffen, maar bijten niet
B
ze controleren de politiek
C
ze misbruiken de politiek
D
ze stimuleren de politiek

Slide 2 - Quiz

2. Ambtenaren
A
hebben geen invloed op de politiek
B
zitten alleen op een gemeentehuis
C
bereiden wetten voor en voeren ze uit
D
herschrijven wetten

Slide 3 - Quiz

3. Wat is geen functie van de (Massa-)media voor het individu ?
A
informerend
B
amuseren
C
de politieke agenda bespreken
D
reclame

Slide 4 - Quiz

4. De koning mag wel op reis en Mark R. (minister-president) beschermt hem, valt onder, blz. 56
A
de trias politica
B
het Koningschap
C
ministeriele verantwoordelijkheid
D
het Wetboek van strafrecht

Slide 5 - Quiz

5. Selectieve perceptie is
A
zien wat je wilt zien
B
uitbreiding van je referentiekader (de spiegelomtrek )
C
een gedragsstoornis
D
alle mogelijke waarnemingen

Slide 6 - Quiz

6. Hoe maak je iets subjectief (= tegengesteld van objectief)
A
door feiten te controleren
B
door meningen te verzamelen
C
door bronnenonderzoek
D
door hoor-en wederhoor

Slide 7 - Quiz

7. Welk selectiecriterium is niet van toepassing bij de koning die wel op reis mag ?
A
actueel
B
bijzonder
C
doelgroep
D
identiteit

Slide 8 - Quiz

8. Geen kenmerk van een dictatuur is
A
het leger is vaak de baas
B
er wordt gemarteld
C
er is een Tweede Kamer
D
er zijn geheime en vrije verkiezingen

Slide 9 - Quiz

9. Geen kenmerk van de Eerste kamer is
A
mogen wetsvoorstellen wijzigen
B
gekozen door de leden van Provinciale Staten
C
worden indirect gekozen
D
75 leden

Slide 10 - Quiz

10. Hoe komt een wet tot stand ?
Kies de beste.
A
stemmen-aannemen-1e kamer
B
acties-stemmen-op agenda
C
1e kamer-2e kamer-stemmen-Koning ondertekent-staatsblad
D
agenda TK -aannemen-1e kamer-aannemen-handtekening koning-staatsblad

Slide 11 - Quiz

11. Wie voeren wetten uit ?
A
politici
B
politie
C
ambtenaren
D
ministers

Slide 12 - Quiz

12. Welke partij komt op voor de zwakkeren en wil gelijkheid ?
A
CDA
B
D66
C
CU
D
PvdA

Slide 13 - Quiz

13. Welke partij wil geen grote overheid, maar mantelzorg ?
A
PvdA
B
SP
C
CDA
D
PvdD

Slide 14 - Quiz

14. Welke partij komt op voor de middenstand, de winkeliers ?
A
VVD
B
SP
C
PvdA
D
PVV

Slide 15 - Quiz

15. Welke partij is voor vernieuwingen: vrije abortus, referendum etc. ?
A
PvdA
B
CDA
C
D66
D
Volt

Slide 16 - Quiz

16. Welk woord hoort bij het CDA?
A
solidariteit
B
vrije markt
C
kleine overheid
D
rentmeesterschap

Slide 17 - Quiz

17. De doodstraf vindt alleen plaats in een dictatuur.
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quiz

18. Welk begrip hoort niet bij de trias politica ?
A
wetgevende macht
B
bestuurlijke macht
C
uitvoerende macht
D
rechtsprekende macht

Slide 19 - Quiz

19. Recht-extremisme wordt ook wel verward met nationalisme.
A
juist
B
onjuist

Slide 20 - Quiz

20. Wanneer moet een minister aftreden ?
A
Bij een aangenomen motie van wantrouwen
B
Bij een motie van treurnis
C
Bij een motie
D
Bij 3 amendementen

Slide 21 - Quiz

21. Een Tweede Kamerlid verandert iets aan het wetsvoorstel van de minister, heet :
A
recht van interpellatie
B
vragenrecht
C
recht van amendement
D
budgetrecht

Slide 22 - Quiz

22. De Toeslagenaffaire was heftig. Er volgt vast...?
A
Motie van wantrouwen
B
Parlementaire enquête
C
Interpellatie
D
Vragenrecht

Slide 23 - Quiz

23. Bij welk recht MOET de minister naar de Tweede Kamer komen ?
A
vragenrecht
B
budgetrecht
C
recht van interpellatie
D
recht van amendement

Slide 24 - Quiz

24. Tot welke stroming hoort de PvdD (tegen de bio-industrie, voor het klimaat)
A
sociaal democratische stroming
B
christendemocratische stroming
C
ecologische stroming
D
liberale stroming

Slide 25 - Quiz

25. Tot welke stroming hoort de VVD (opkomen voor de middenstand/winkeliers)
A
sociaal democratische stroming
B
christendemocratische stroming
C
ecologische stroming
D
liberale stroming

Slide 26 - Quiz

26. Er wordt in de tweede Kamer gestemd over een wet. Welke Fase ?
A
1e
B
2e
C
3e
D
4e

Slide 27 - Quiz

27. Een politie- agent controleert of de café 's wel om 12 uur sluiten. Welke Fase ?
A
1e
B
2e
C
3e
D
4e

Slide 28 - Quiz

28. Hoe komt een wet tot stand ?
(TK= Tweede Kamer, EK= Eerste Kamer)
A
discussie-TK-EK-handtekening minister/koning
B
TK-Media bericht erover-EK-publicatie staatscourant
C
Het zijn 7 stappen
D
Als Geert W. het er mee eens is

Slide 29 - Quiz

29. Goede (not fake) media zorgen altijd voor feiten-onderzoek-hoor&wederhoor
A
juist
B
onjuist

Slide 30 - Quiz

30. Wat komt eerder in het NOS-Journaal ?
A
de dood van Madonna
B
de voorbereiding op de moord op Rutte
C
grote brand in Almere
D
de Marsreis van E. Musk

Slide 31 - Quiz