6.2 Fascisme en nationaalsocialisme

• Geschiedenis
• Secondary Education
• Age 13

6.2 Fascisme en Nationaal-Socialisme 

Inhoud

- Terug naar vorige les.

- Mussolini. 

- Hitler. 

- Totalitaire ideologie.  

Wat weten jullie nog van Europa na de Eerste Wereldoorlog?

Europa na de Eerste Wereldoorlog

- Economisch slecht

- Veel veteranen. 

- Verliezende landen vol haat. 

Welke Europese landen behoorde tot de winnaars van de Eerste WO

1. Italië, Frankrijk en Duitsland.
2. Frankrijk, Engeland en Duitsland.
3. Italië, Frankrijk en Engeland.
4. Nederland, Belgie en Engeland.

Welke Europese landen behoorde tot de verliezers van de Eerste WO.

1. Duitsland en Spanje. .
2. Duitsland en Oostenrijk-Hongarije.
3. Spanje en Oostenrijk-Hongarije.

Mussolini in Italië

- Getraumatiseerde veteraan.

- Woedend op positie Italië. 

- Leider zwarthemden. 

- 1922 Mars naar Rome. 

- Italië totalitaire samenleving.

  

Hitler in Duitsland

- Getraumatiseerde veteraan. 

- Leider NSDAP.

- 1923 Mars op München. 

- Gevangenschap.

 

Opkomst Hitler 

Let op, er komen vragen na het filmpje. 

In welk jaar probeerde Hitler de macht te grijpen?

1. 1922
2. 1923
3. 1924
4. 1925

Wat was de naam van Hitlers partij?

1. De Communistische Arbeiders Partij (CAP)
2. De Sociaal-Democratische Werkers Partij (SDWP)
3. De Nationaal-Socialistische Duitse Arbeiders Partij (NSDAP)
4. De Antirevolutionaire Partij (ARP)

Hoe veranderd de politiek
van Hitler na
zijn gevangenschap?

Heerschappij  Hitler 

Let op, er komen vragen na het fimpje. 

Wat is propaganda?
En waarvoor wordt
het gebruikt?

Het hersenspoelen van kinderen noemen we indoctrineren.
Noem 3 voorbeelden uit de video.

Totalitaire ideologieën. 

-Zowel Fascisme als Nationaal socialisme. 

- Propaganda. 

- Censuur. 

- Militaristisch. 

- Nationalistisch. 

- Massa Media. 

Verschil Nazisme en Fascisme

- Nazisme kent:

1. Rassenleer. 

2. Lebensraum-theorie.

Fascisme 

Nazi 

Beide 

Nationonalisme 

Militarisme 

Totalitair 

Führer 

Il Duce 

Rassenleer 

Lebensraum Theorie 

Einde van de les.
Schrijf kort op wat je vandaag geleerd hebt.