Vertaal tekst 16, r. 12-24. Noteer de vertaling in je schrift.
We kijken dit over 20 minuten na.
Slide 3 - Diapositive
Stoeien met verba contracta.
Ga naar deze les in LessonUp.
Je krijgt steeds een vraag + antwoord te zien. Jij moet het antwoord nakijken.
Als het fout is moet je uit kunnen leggen wat de denkfout is en ook het goede antwoord kunnen geven. Als je Grieks moet typen, mag dat gewoon in Nederlandse letters.
Slide 4 - Diapositive
Vraag: hoe kun je verba contracta in de woordenlijst herkennen?
Antwoord: aan de ε of de α.
Slide 5 - Question ouverte
Vertaal: γελα
Antwoord: hij lacht
Slide 6 - Question ouverte
Vertaal: ζητειτε
Antwoord: jullie (moeten) zoeken
Slide 7 - Question ouverte
Vertaal: τιμαν
Antwoord: vrezen
Slide 8 - Question ouverte
Vertaal: ᾠκει
Antwoord: jij moet wonen
Slide 9 - Question ouverte
Vertaal: ἐρωτα
Antwoord: hij vroeg
Slide 10 - Question ouverte
Vertaal: jij moet vereren
Antwoord: τιματε
Slide 11 - Question ouverte
Vertaal: zij lachten (γελάω)
Antwoord: γελων
Slide 12 - Question ouverte
Vertaal: ik zocht (ζητέω)
Antwoord: ἐζητουν
Slide 13 - Question ouverte
Vertaal: jij riep (καλέω)
Antwoord: ἐκαλει
Slide 14 - Question ouverte
Vertaal: wij bekijken (σκοπέω)
Antwoord: σκοπωμεν
Slide 15 - Question ouverte
Donderdag SO
Je hebt ca. 20 minuten voor de SO.
Ik ga er vanuit dat je de woorden/rijtjes goed kent, dwz dat je betekenissen snel kunt geven en snel kunt opzeggen.
Wat heb je tot nu toe al gedaan?
Hoe ga je je verder voorbereiden?
Wanneer ben je tevreden?
Slide 16 - Diapositive
Stoeien met verba contracta.
Iedereen krijgt een klein oefenblaadje uitgereikt.
Maak de opdracht: alleen, zonder hulpmiddelen en in stilte.