Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Woorden die eindigen op a, o, u, ee
a
aa
e
i
o
u
ee
oo
uu
1 / 37
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Basisschool
Groep 4,5
Cette leçon contient
37 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
La durée de la leçon est:
40 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
a
aa
e
i
o
u
ee
oo
uu
Slide 1 - Diapositive
a
aa
e
i
o
u
ee
oo
uu
Woorden die eindigen
op a, o, u en ee
Slide 2 - Diapositive
Hoor je aan het eind van een woord
aa
,
oo
of
uu
?
Dan schrijf je
a
,
o
of
u
.
Hoor je aan het eind van een woord
ee
?
Dan schrijf je
ee
.
Bijvoorbeeld
:
Ik houd van sl
a
.
Één plus één is tw
ee
.
Zei hij j
a
of n
ee
?
Dat dier is een gn
u
.
Slide 3 - Diapositive
Schrijf de woorden over die a, o, u of ee aan het einde hebben.
Ha, Lana, zei Petra. Hoe gaat het ermee?
Ga jij mee naar de zee?
Slide 4 - Question ouverte
Schrijf de woorden over die a, o, u of ee aan het einde hebben.
Op het strand loopt geen vee. Het vee ligt op het stro.
Slide 5 - Question ouverte
Schrijf de woorden over die a, o, u of ee aan het einde hebben.
De kerstman zegt: ‘ho ho ho!’ Hij heeft een mooie slee.
Slide 6 - Question ouverte
Schrijf de woorden over die a, o, u of ee aan het einde hebben.
Een fee vliegt ook zo door de lucht.
Als ze lacht hoor je: ‘ha ha ha’.
Slide 7 - Question ouverte
Schrijf de woorden over die a, o, u of ee aan het einde hebben.
Ja, doe haar dat maar na.
Slide 8 - Question ouverte
Schrijf de zin over en vul in a, o, u of ee.
G... je m... naar de z...? J... of n...?
Slide 9 - Question ouverte
Schrijf de zin over en vul in a, o, u of ee.
Mijn vader zegt p... en m... tegen op... en om...
Slide 10 - Question ouverte
Schrijf de zin over en vul in a, o, u of ee.
Als ik mijn bord met sl... op heb, mag ik vl... als toetje.
Slide 11 - Question ouverte
Schrijf de zin over en vul in a, o, u of ee.
Ik st... op de derde tr... van de trap.
Slide 12 - Question ouverte
Schrijf de zin over en vul in a, o, u of ee.
Wat een scherp mes. Als ik daar nu maar geen sn... m... krijg.
Slide 13 - Question ouverte
Schrijf de zin over en vul in a, o, u of ee.
Pap... zegt dat we n... het eten naar op... gaan.
Slide 14 - Question ouverte
En nu gaan we kijken hoe
hagelslag gemaakt wordt.
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Vidéo
Welk woord past hier?
Schrijf alleen het woord op.
Kies uit:
vee - auto - la - mama - daarna - ermee - sla
... mag ik nog een koekje, vraagt Tim.
Slide 17 - Question ouverte
Welk woord past hier?
Schrijf alleen het woord op.
Kies uit:
vee - auto - la - mama - daarna - ermee - sla
Eerst hebben we gym en ... gaan we verder met taal.
Slide 18 - Question ouverte
Welk woord past hier?
Schrijf alleen het woord op.
Kies uit:
vee - auto - la - mama - daarna - ermee - sla
Pieter heeft in zijn moestuin boontjes en ...
Slide 19 - Question ouverte
Welk woord past hier?
Schrijf alleen het woord op.
Kies uit:
vee - auto - la - mama - daarna - ermee - sla
Schapen, koeien en kippen noem je ...
Slide 20 - Question ouverte
Welk woord past hier?
Schrijf alleen het woord op.
Kies uit:
vee - auto - la - mama - daarna - ermee - sla
We gaan op reis met de ...
Slide 21 - Question ouverte
Welk woord past hier?
Schrijf alleen het woord op.
Kies uit:
vee - auto - la - mama - daarna - ermee - sla
Mag ik de schaar? Ik wil mijn haar ... knippen.
Slide 22 - Question ouverte
Vul in en schrijf de hele zin over.
Kies uit:
aa - a - uu - u - oo - o - ee
Jan m...kt een fot... van een b...t in de z...
Slide 23 - Question ouverte
Vul in en schrijf de hele zin over.
Kies uit:
aa - a - uu - u - oo - o - ee
Kijk, n... l...pt de zebr... naar het str...
Slide 24 - Question ouverte
Vul in en schrijf de hele zin over.
Kies uit:
aa - a - uu - u - oo - o - ee
Paul g...t met Mieke in een kan... v...ren.
Slide 25 - Question ouverte
Vul in en schrijf de hele zin over.
Kies uit:
aa - a - uu - u - oo - o - ee
Waarm... was jij die aut...?
Slide 26 - Question ouverte
Vul in en schrijf de hele zin over.
Kies uit:
aa - a - uu - u - oo - o - ee
Een pind... is niet d...r.
Slide 27 - Question ouverte
Schrijf het ontbrekende woord op
Één plus één is ...
Slide 28 - Question ouverte
Schrijf het ontbrekende woord op
Een groene krop ...
Slide 29 - Question ouverte
Schrijf het ontbrekende woord op
Een ... is een wond.
Slide 30 - Question ouverte
Schrijf het ontbrekende woord op
Als je niet wilt, zeg je ...
Slide 31 - Question ouverte
Schrijf het ontbrekende woord op
Bij het strand is de ...
Slide 32 - Question ouverte
Schrijf het ontbrekende woord op
Als je wel wilt, zeg je ...
Slide 33 - Question ouverte
Schrijf het ontbrekende woord op
Ik kan toveren, zegt de ...
Slide 34 - Question ouverte
Schrijf het ontbrekende woord op
In de wei loopt het ...
Slide 35 - Question ouverte
Wat vond je van de les?
A
B
C
D
Slide 36 - Quiz
Dat was het weer voor deze week.
Hieronder kun je schrijven als je een boodschap achter wilt laten.
Slide 37 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
Spelling lange en korte klanken en tweeklanken
Juin 2019
- Leçon avec
36 diapositives
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1
Het meervoud_verkeer
Mars 2024
- Leçon avec
42 diapositives
NT2
Secundair onderwijs
Uitspraakreis korte/lange klanken
Octobre 2022
- Leçon avec
17 diapositives
NT2
Speciaal Onderwijs
Leerroute 1
KERN les 77
Juin 2024
- Leçon avec
10 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Spelling blok 2, les 7
Novembre 2021
- Leçon avec
17 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 5
KERN les 77
Juin 2021
- Leçon avec
10 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
KERN les 77
Juin 2024
- Leçon avec
10 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Herhaling kern 4 h-w-o-a-u en klinkerdief
il y a 4 jours
- Leçon avec
42 diapositives
Nederlands
Basisschool
Groep 3