Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Workshop L'adjectif qualificatif
Workshop Bijvoegelijk naamwoord
1 / 11
suivant
Slide 1:
Diapositive
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
11 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
15 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Workshop Bijvoegelijk naamwoord
Slide 1 - Diapositive
Wat is het ?
-De
grote
berg -> La
grande
montage
-De
kleine
tuin -> le
petit
jardin
-De
rode
kat-> le
chat
rouge
Slide 2 - Diapositive
Wat voor bijvoegelijk naamwoorden in het Frans ken jij?
Slide 3 - Carte mentale
Belangrijk!
-Het BN staat meestal achter het zelfstandige naamwoord (le chat
rouge
)
-Het BN past zich aan aan het ZN waar het bij hoort (le/ la/ les)
Slide 4 - Diapositive
Waar staat het bijvoegelijk naamwoord op de goede plaats?
Une poule acitive
Une active poule
Slide 5 - Sondage
Hoe past het BN zich aan?
-Bij een mannelijk enkelvoud -> +
niets
-> le hamster
bleu
-Bij een vrouwelijk enkelvoud -> +
e
-> la poule
bleue
-Bij mannelijk meervoud -> +
s
-> les hamsters
bleus
-Bij vrouwelijk meervoud -> +
es
-> les poules
bleues
Slide 6 - Diapositive
In welke zin is het bijvoegelijk naamwoord goed aangepast?
A
La gare noir
B
La gare noire
Slide 7 - Quiz
Uitzonderingen 1/2
-Net als onregelmatige werkwoorden heb je ook onregelmatige BN zoals bon, beau etc (zie pagina 70 van je boek)
-Deze moet je dus uit je hoofd leren
Slide 8 - Diapositive
Uitzondering 2/2
-Soms staat het BN vóór het ZN
-Er zijn er een stuk of 15 van
-Jullie hoeven er maar 6 te leren (bon, beau, grand, nouveau, petit en vieux)
-Dit zijn ook de onregelmatige BN
Slide 9 - Diapositive
In welke zin staat het bijvoegelijk naamwoord op de goede plaats én is het goed aangepast?
A
Le beau chat
B
Le belle chat
C
Le chat beau
D
Le chat belle
Slide 10 - Quiz
Hoe beantwoord je een vraag?
1. Bij welk ZN hoort en BN dat ik moet invullen?
2. Is het ZN mannelijk/ vrouwelijk en enkelvoud/ meervoud?
3. Waar moet het BN staan? Hoort het bij de 6 ervoor of staat het erachter?
4. Welke uitgang moet achter het BN (e/es/s) of is het een uitzondering?
5. Vul het antwoord in
Slide 11 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
HV1 UNITE 5
Mai 2021
- Leçon avec
36 diapositives
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Bijvoeglijk naamwoord - plaats -h5
Octobre 2022
- Leçon avec
37 diapositives
Frans
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
Adjectif qualificatif KLAS 1
Août 2024
- Leçon avec
23 diapositives
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Adjectif qualificatif 6e ed
Mai 2022
- Leçon avec
20 diapositives
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
TV2H: Les adjectifs qualificatifs
Avril 2023
- Leçon avec
26 diapositives
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
H3C Cours 5: 220923
Novembre 2023
- Leçon avec
19 diapositives
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1-3
Les adjectifs qualificatifs (bijvoeglijk naamwoord)
Janvier 2023
- Leçon avec
22 diapositives
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
2vwo U3 APP5
Février 2023
- Leçon avec
20 diapositives
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2