Les 3: Herhaling verbo ser y estar en Verbo Hay

1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

¿Qué vamos a hacer hoy?
A. Opstarten: Les en absentie
B. Herhalen: Ser & Estar
C. Doornemen: Hay
D. Doornemen: Woordenlijst
E. Maken: Opdracht 8 en 9 pagina 13
F. Afsluiting


Después de la clase...
  • Ken je de verschillen tussen ESTAR, SER en HAY.
  • Ken je de woorden van 2.2 bron C
Los deberes para la próxima clase:
Lezen:  Bron 2,1 bron A en B
Leren: Bron 2.2 bron C
Maken: 
Lesprogramma

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Woordenlijst

Slide 4 - Diapositive

Huiswerk controleren

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

IK WEET WAT DE WERKWOORD:
SER & ESTAR
IK WEET HET NIET
JA
NEE

Slide 7 - Sondage

Wat betekent het werkwoord SER en ESTAR?

Slide 8 - Question ouverte

SER, ESTAR of HAY? (De drie vertalingen van zijn)
De drie betekenissen van ZIJN in het Spaans:

a) SER = zijn
b) ESTAR = zijn (zich bevinden)
c) HAY = er is of er zijn (hay heeft geen vervoeging en
verandert dus nooit!)
Hay is onveranderlijk en betekent ER IS, ER ZIJN
Je hoeft dus geen rijtje te leren!

Slide 9 - Diapositive

SER, ESTAR of HAY? (De drie vertalingen van zijn)
In het schema hieronder kun je lezen in welke situaties je welke vorm van
‘zijn’ je moet gebruiken:
SER
ESTAR
HAY
Nationaliteit
Beroep
Uiterlijk
De kloktijden
Eigendom
Zich bevinden
Plaatsbepaling
Toestand
ER is
ER zijn

Slide 10 - Diapositive

SER, ESTAR of HAY? (De drie vertalingen van zijn)

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive