HVM Les 10 Theorie van de praktijk, bindweefsel en pincement en opbouw massage

• Schoonheidsverzorging
• MBO
• Studiejaar 4

HVM theorie van de praktijk

Inhoud

Herhalen Fehlreactie

Nieuwe stof: 

1. Theorie van de praktijk - hfd 18
2. Bindweefsel en pincement - hfd 19
3. Opbouw behandeling - hfd 20

Opdrachten

Doelstelling

1. Je kunt een behandelplan opstellen aan de hand van vooronderzoek.
2. Je weet het verschil tussen gemyeliniseerde en ongemyeliniseerde vezels.
3. Je weet het doel en techniek van de pincementmassage.
4. Je kent de begrippen selectiviteit, intensiteit, actualiteit en reactiviteit.
5. Je kunt een behandeling opbouwen, rekening houdend met fehl-reactie, indicatie en contra-indicatie.

Herhalen

Positieve en negatieve effecten van hvm

Fehlreactie

Nakijken opdracht hoofdstuk 17, de fehlreactie

Wat is een positief en subjectief effect?

1. onrustgevoel
2. toename bindweefselspanning
3. toename huidweerstand
4. vermoeidheid

Wat is een negatief en objectief effect?

1. misselijkheid
2. hoofdpijn
3. afname huidweerstand
4. toename huidvochtigheid

Waar begin je mee als je een fehlreactie vermoedt?

1. ontstoren
2. techniek herhalen
3. mildere techniek toepassen
4. staken van behandelen

Waar kun je ontstoren als je het gezicht behandelt?

1. borstgang
2. bekkengang
3. sacrumrand
4. schedelrand

Tot hoe lang kan er nog na-reactie komen?

1. 4 uur
2. 8 uur
3. 12 uur
4. 24 uur

HVM theorie van de praktijk

Theorie van de praktijk

Segmentaal onderzoek: model zittend en je doet onderzoek op de rug naar spanningsverschillen en andere verschijnselen om een goed beeld te krijgen van de bindweefselconditie.

Lokale onderzoek van de gezichtshuid: je bekijkt huidsoort, vochtigheidsgraad, huidproblemen.

Het opstellen van een behandelplan: duur 60 minuten, informatie uit vooronderzoek verwerken in behandelplan.

Segmentaal onderzoek - rug

Te verdelen in 3 stappen:

Visuele inspectie: Quellung en dellung, beharing, verkleuring en reactiviteit van de huid.

Tactiel onderzoek huid: weerstand en temperatuur (huidzone)

Tactiel onderzoek bindweefsel: verschuifbaarheid en oppakbaarheid

Bekijk het behandelgebied. In dit geval de gehele rugzone. 

Huidtechniek: rasperig gevoel op bepaalde delen van de rug geeft aan dat er huidspanning aanwezig is. Je kunt het ook zien aan de glans van de huid

Oppakbaarheid: hierbij wordt ook gebruik gemaakt van inspectie - reactiviteit van de huid

Opdracht

Maak de opdracht 

Theorie van de praktijk

Hoofdstuk 18

Bespreken

Bindweefsel en pincement 

Tempo bindweefselgrepen:

Afhankelijk van de weefselspanning. Hoge weefselspanning betekent langzaam tempo. 

Een te intensieve massage kan het resultaat negatief beïnvloeden. 

Tempo pincementgrepen:

Oppervlakkige pincement 

= 3 kneepjes per seconde

Middeldiepe pincement

= 1 kneepje per seconde

Diepe pincement= 2 kneepjes per seconde

Volgorde segmentale massage 

De segmentale massage start in het gebied van het heiligbeen en het bekken: hier ligt de sacrale plexus van het parasympatisch systeem en de Nervus pelvicus.

De eerste reflexen worden opgewekt waardoor het parasympatische zenuwstelsel wordt geactiveerd. Hierna masseer je geleidelijk richting lenden, borst en schouders.

Reflexen: hoe verloopt een reflexprikkel?

Volgorde segmentale massage

Huidtechniek: stimuleren dikke/ gemyeliniseerde zenuwvezel

Doel = weerstandsverlaging

Overgangstechnieken: s-jes, u-tjes, harmonica, pluk en plooi en spintechniek.

Doel = het weefsel voorbereiden op de onderhuidse bindweefseltechnieken. Stimulering van zowel gemyeliniseerde als ongemyeliniseerde vezel. Hangt af van de intensiteit.

Volgorde segmentale massage

Onderhuidse bindweefseltechnieken: gewebswäsche rol- en duimtechniek.

Doel: 

Losmaken van de verklevingen in de onderhuid en het normaliseren van de bindweefselspanning. Zowel gemyeliniseerde als ongemyeliniseerde vezel wordt gestimuleerd. Afhankelijk van de bindweefselspanning.

Volgorde segmentale massage

Diepere bindweefseltechnieken: haak, haal en periosttechniek

Doel haak: rekken van de spierfascie

Doel haal: het verbeteren van de verschuivingsmogelijkheid tussen de huidlagen.

Periosttechniek: voor oppervlakkig gelegen 

botstructuren zoals jukbeen, 

sleutelbeen en schouderblad.

Welke vezel wordt hier geprikkeld?

Gemyeliniseerde vezel of ongemyeliniseerde vezel

Gemyeliniseerde vezel

- dikke vezel - veel mergschede op de neuriet

- snelle prikkelgeleiding 

- rustige en zachte massagegrepen nodig om te prikkelen.

Ongemyeliniseerde vezel

- dunne vezel - mergloze of mergarme neuriet

- sterke pijn sensatie: weefselschade

- langzame prikkelgeleiding

- harde en scherpe massagegrepen nodig om te prikkelen.

Opbouw huidverbeteringsmassage

Opbouw

Doel hvm - optimaal vegetatief evenwicht bereiken

Intensiteit van de behandeling wordt bepaald door de selectieve werking van het zenuwstelsel van de klant.

1. Start met het segmentaal onderzoek - visueel en tactiel.
2. Segmentale rugmassage ter ondersteuning van de cosmetische gezichtsmassage.
3. Gezicht, hals en decolleté massage met een cosmetisch accent.

Verantwoord behandelen

- indicatiestelling = reden van de behandeling en houdt contra-indicatie in het zicht

- selectiviteit bepalen 

- spanningstoestand van het weefsel onderzoeken

- reactiviteit van de huid in de gaten houden

- actualiteit van het weefsel bepalen

Selectiviteit van het weefsel

Dat het zenuwstelsel het vermogen heeft om te schakelen van alarmfase naar aanpassingsfase, naar rust- en herstelfase

(van katabole naar anabole toestand).

We kennen lage-, middel- en hoge selectiviteit van het zenuwstelsel.

Selectiviteit

Hoge selectiviteit => cliënt zit goed in zijn vel => hoge intensiteit​ massage is mogelijk

Lage selectiviteit  => cliënt heeft stress => lage intensiteit​ massage is noodzakelijk

De reactiviteit 

De reactiviteit geeft de intensiteit aan waarmee je kunt gaan masseren.

(Hoe reageert het weefsel op prikkels)

Actualiteit

De huidige toestand waarin het weefsel verkeert.

Het weefsel dat in een katabole toestand verkeert zal een verhoogde reactiviteit laten zien.

Opdracht

Maak de HVM opdracht 

Technieken 

Hoofdstuk 19 en 20