Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Taalverzorging leestekens les 2
Taalverzorging leestekens
1 / 15
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Cette leçon contient
15 diapositives
, avec
quiz interactif
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Taalverzorging leestekens
Slide 1 - Diapositive
Wat gaan we doen?
Doel van deze les
Terugblik
Uitleg leestekens
Aan de slag
Afsluiting
Evaluatie
Slide 2 - Diapositive
Doel van deze les
Aan het einde van dit hoofdstuk kun je
hoofdletters, punten, dubbele punt, aanhalingstekens, komma's en vraagtekens
gebruiken.
Slide 3 - Diapositive
Welke leestekens zijn er en wanneer gebruik je ze?
Slide 4 - Question ouverte
Leestekens
Zorgen voor duidelijkheid en leesbaarheid
Niet gebruiken --> spelfout!
Slide 5 - Diapositive
Hoofdletters
Aan het begin van de zin
Bij namen:
Stijn van Dam, Marco's tas, Utrecht, Kruidvat, Adidas, Pasen
Bij woorden die gemaakt zijn van aardrijskundige namen:
Afrikaans, Noord-Brabantse
Pas op! Je gebruikt
geen
hoofdletter bij namen van dagen, maanden, seizoenen en windstreken
Slide 6 - Diapositive
Punt
Einde van de zin
Slide 7 - Diapositive
Vraagteken
Einde van een vraagzin
Slide 8 - Diapositive
Uitroepteken
Einde van een zin met nadruk
Houd daar mee op!
Slide 9 - Diapositive
Komma
Tussen twee persoonsvormen.
Als je de grens over gaat, moet je een paspoort meenemen.
Voor een voegwoord (behalve voor het woord
en
).
Zoals: omdat, terwijl, maar, want, nadat
Jens gaat naar Zweden, omdat hij het land mooi vindt.
Tussen twee delen van een opsomming.
De Benelux bestaat ui België, Nederland en Luxemburg.
Slide 10 - Diapositive
Citaat
Dubbele punt en aanhalingsteksen
voor een citaat
Citaat = letterlijk overnemen wat iemand zegt
of schrijft
Slide 11 - Diapositive
Citeren
Zet voor het citaat een
dubbele punt
.
Begin het citaat met een
hoofdletter
en eindig met een
punt, vraagteken of uitroepteken.
Zet het citaat
tussen aanhalingstekens
. Bijvoorbeeld:
Jelte vroeg: ‘Kunt u mij meer informatie geven?’
Tijdens de gymles gilde Sharon: ‘Dat durf ik niet!’
Het citaat is dus letterlijk wat iemand zegt of schrijft.
De rest is geen citaat!
Slide 12 - Diapositive
Aan het werk!
Wie? Zelfstandig of met zacht overleg
Wat? Opdracht 4 t/m 6
Waar? In het lokaal
Wanneer? In de les tot 5 minuten voor het einde
Waarom? In het schrijfexamen telt iedere spelfout!
Hoe? Zachtjes overleggen of in stilte
Klaar? Nakijken, quizlet voor woordenschat
Slide 13 - Diapositive
Huiswerk
Opdracht 4 t/m 6 van leestekens
Slide 14 - Diapositive
Tot de volgende keer!
Slide 15 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Taalverzorging leestekens (TNA)
Novembre 2023
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Taalverzorging leestekens (TNA)
Septembre 2024
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Taalverzorging leestekens (TNA)
Septembre 2024
- Leçon avec
12 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Taalverzorging leestekens les 1
Septembre 2020
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Taalverzorging leestekens les 1
Septembre 2020
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Week 37 les 3
Septembre 2019
- Leçon avec
14 diapositives
Nederlands
Middelbare school
Week 37 les 3
Septembre 2019
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
Middelbare school
Week 37 les 4
Septembre 2019
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Middelbare school