Paragraaf 4.4 Hernieuwbare energiebronnen 21023

4.4 Hernieuwbare energiebronnen
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

4.4 Hernieuwbare energiebronnen

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

§4.1 Energiebronnen
Hoofdstuk 4: Bronnen van Energie
§4.2 Uitputbaar: Fossiele brandstoffen
§4.3 Problemen met fossiel
§4.4 Hernieuwbare energiebronnen
Deelvraag = Welke hernieuwbare energiebronnen worden verbruikt in Nederland?
§4.5 Energietransitie in Nederland

Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen 4.4
Aan het einde van de les:
  • Kun je  2 voordelen en een nadeel geven van hernieuwbare energiebronnen.
  • Kun je het verschil uitleggen tussen groene en grijze energie.
  • Kun je 4  hernieuwbare energiebronnen die in Nederland worden verbruikt.
  • Kun je beschrijven welke van deze vier hernieuwbare energiebronnen worden verbruikt om elektriciteit op te wekken en hoe dit gebeurt.
  • Kun je  beschrijven welke van deze vier hernieuwbare energiebronnen worden verbruikt om water te verwarmen, en hoe dit gebeurt.
  • Kun je uitleggen waarom we energie uit biomassa toch groene energie noemen, ook al komt er bij het verbranden van biomassa koolstofdioxide vrij.

Tijdens de uitleg:
 ben je stil,
steek je je hand op als je mee wilt doen
 maak je aantekeningen

Slide 4 - Diapositive

Hernieuwbare energiebronnen
Voordelen:

  • Weinig schadelijk voor het milieu.
  • Ze raken niet op.

  • Hernieuwbare energie =  groene energie genoemd.

  • Uitputbare energie = grijze energie genoemd.
Maak aantekeningen!

Slide 5 - Diapositive

Hernieuwbare energiebronnen
Nadelen:

  • Er is geen zekerheid.
  • 's Nachts: geen zonne-energie.
  • Niet altijd wind / zon. 
Maak aantekeningen!

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Hernieuwbare energiebronnen
Er zijn verschillende energiebronnen:

  • 1. Zon.
  • 2. Wind.
  • 3. Warmte uit de ondergrond.
  • 4. Energie uit biomassa.
Maak aantekeningen!

Slide 8 - Diapositive

Zon
  • Met zonne-energie wekken we elektriciteit op en verwarmen we water.

  • Zonnepanelen zetten zonne-energie om in elektriciteit.

  • Met zonnecollectoren kun je water verwarmen.
Maak aantekeningen!

Slide 9 - Diapositive

Zonnecollector

Slide 10 - Diapositive

Auto opladen langs de snelweg met zonnepanelen.

Slide 11 - Diapositive

Wind


Windenergie wordt gebruikt voor het opwekken van elektriciteit.
Maak aantekeningen!

Slide 12 - Diapositive

Werking van een windmolen

Slide 13 - Diapositive

Warmte uit de ondergrond
  • De kern van de aarde is warm. Deze warmte kunnen we gebruiken voor het verwarmen van kantoren, huizen en kassen etc.

  • Er zijn twee manieren, hoe warmte uit de ondergrond gebruikt wordt


Maak aantekeningen!

Slide 14 - Diapositive

Warmte uit de ondergrond
  • 1. Bodemwarmte:


  • Uit de bovenste 150 m van de aardkorst.

  • ( 10 – 15 graden)

Maak aantekeningen!

Slide 15 - Diapositive

Warmte uit de ondergrond
  • 2. Aardwarmte / geothermische energie:


  • Dieper dan 500 m ( 30 graden)
  • Hoe dieper, hoe warmer.
  • Te duur in Nederland.

Maak aantekeningen!

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Biomassa
  • Biomassa bestaat uit planten- en dierenresten wat wordt verbrand in biomassacentrales.

  • Er komt wel CO2 vrij...

  • Als er weer bomen en planten worden geplant is dit geen probleem.
Maak aantekeningen!

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Vragen?

Slide 20 - Diapositive

Aan de slag
Ga naar SOM Today
Leermiddelen
Aardrijkskunde
3 vmbo t/h
Ga naar paragraaf 4.4 Energiebronnen

We gaan een aantal opdrachten samen maken:
Opdrachten 1 t/m 6 maken ( 1b niet) 

Slide 21 - Diapositive

HERHALING
Paragraaf 4.4 
Hernieuwbare energiebronnen 

Slide 22 - Diapositive

Noem 5 hernieuwbare energiebronnen

Slide 23 - Question ouverte

Noem 1 voordeel en 1 nadeel van hernieuwbare energiebronnen

Slide 24 - Question ouverte

hernieuwbare energiebronnen wordt ook wel grijze energie genoemd
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

Fossiele brandstoffen worden ook wel grijze energie genoemd
A
Waar
B
Niet waar

Slide 26 - Quiz

waterkracht
windenergie
kernenergie
zonne-energie

Slide 27 - Question de remorquage

Noem een groot nadeel van wind en zonne-energie.

Slide 28 - Question ouverte

Voorbeelden van duurzame energiebronnen waar geen C02 of andere giftige stoffen bij vrijkomen
A
kernenergie, steenkool en aardgas
B
wind-energie, zonne-energie en energie uit water
C
wind-energie, zonne-energie en aardolie
D
aardolie, aardgas en bruinkool

Slide 29 - Quiz

Noem 2 dingen die je met zonne - energie kunt doen

Slide 30 - Question ouverte

Op welke twee manieren kunnen we warmte uit de ondergrond gebruiken

Slide 31 - Question ouverte

Aardwarmte noemen we geothermische energie.
A
juist
B
onjuist

Slide 32 - Quiz

Bodemwarmte gaat tot 150 m diep
A
Waar
B
Niet waar

Slide 33 - Quiz

Sleep de energiebronnen naar de juiste plaats in het diagram.
4%
11%
38%
42%
Aardgas
Steenkool
Aardolie
Duurzame energie

Slide 34 - Question de remorquage