2.1 Botten

2.1 - Botten
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

2.1 - Botten

Slide 1 - Diapositive

Doelen van vandaag
  • De leerling kent de belangrijkste botten in het lichaam
  • De leerling kan de 4 functies van het skelet benoemen
  • De leerling weet waarom botten soms buigzaam zijn. 

Slide 2 - Diapositive

2.1 Botten
Beenderstelsel = skelet

Slide 3 - Diapositive

2.1 Botten

Slide 4 - Diapositive

2.1 Botten
De bouw van de wervelkolom

Slide 5 - Diapositive

Waarvoor dient je skelet?
1. Stevigheid 
2. Vorm 
3. Bescherming 
4. Beweging mogelijk maken

Slide 6 - Diapositive

Wat zijn ledematen?
A
De armen en benen
B
De handen en voeten
C
De borstkas
D
De schedel

Slide 7 - Quiz

Waar zijn botten van gemaakt?
Beencellen en beenmerg



De beencellen groeien in 
ringen rond de bloedvaten 
en zenuwen





Slide 8 - Diapositive

Waar zijn botten van gemaakt?
Kraakbeencellen
Veel lijmstof, weinig kalk

Kraakbeen is buigzaam

Slide 9 - Diapositive

Waar zijn botten van gemaakt?

Slide 10 - Diapositive

Waardoor zijn botten soms buigzaam?
Bot = been
- veel kalk, klein beetje lijmstof

Kraakbeen
- weinig kalk, veel lijmstof

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Waardoor zijn kinderen zo soepel?


De botten van baby's bestaan bijna helemaal uit kraakbeen
Kraakbeen bestaat uit lijmstof
Lijmstof zorgt voor ... buigende botten!

Slide 13 - Diapositive

Hoe vangt je wervelkolom schokken op?

  1. Kraakbeenschijven
  2. Dubbele S-vorm

Slide 14 - Diapositive

Maken 
Hoofdstuk 2.1 maken t/m vraag 13

Slide 15 - Diapositive

2.1 - Botten

Slide 16 - Diapositive

Lessonup.
ga naar www.lessonup.com
log in met code, die ik op het bord geschreven heb, zet je eigen naam bij het inloggen.

Slide 17 - Diapositive

Doelen van vorige les en vandaag.
  • De leerling kent de belangrijkste botten in het skelet.
  • De leerling kan de 4 functies van het skelet benoemen.
  • De leerling weet waarom botten soms buigzaam zijn. 
  • Je kunt beschrijven waaruit botten bestaan.
  • Je kunt beschrijven wat er verandert in je botten als je groeit.

Slide 18 - Diapositive

Het skelet van een volwassen mens bestaat uit ongeveer uit...?
A
402 botten
B
507 botten
C
206 botten
D
109 botten

Slide 19 - Quiz

Sleep naar de botten die je ziet op de röntgenfoto
Spaakbeen
Opperarmbeen
Ellepijp

Slide 20 - Question de remorquage

Benoem alle botten
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
schedel
Lendewervels
Scheenbeen
Sleutelbeen
opperarmbeen
Spaakbeen
Ellepijp
Kuitbeen
Knieschijf
dijbeen
Borstwervels
Nekwervels

Slide 21 - Question de remorquage

Welke functie van het skelet wordt hier omschreven: Zonder skelet zou je in elkaar zakken.
A
Stevigheid
B
Vorm
C
Beschermen
D
Bewegen

Slide 22 - Quiz

Zonder lijmstof....
A
Breken je botten sneller
B
Buigen je botten beter
C
Vallen je botten uit elkaar
D
Heb je geen botten

Slide 23 - Quiz

Het skelet bestaat uit botten. Een ander woord voor botten is _____________.
A
Ruggengraat
B
Beenderen
C
Benen
D
Schedel

Slide 24 - Quiz

Waarom breekt een baby minder snel een bot dan een volwassene?

Slide 25 - Question ouverte

Slide 26 - Diapositive

Wat gaan we maken vandaag?
Maken hoofdstuk 2.1 t/m vraag 25. Hier heb je 20 minuten de tijd voor.

Nakijken hoofdstuk 2.1 t/m vraag 12.

Slide 27 - Diapositive