Rekenwoorden en Metingen

Rekenwoorden en Metingen

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je de betekenis van veelgebruikte rekenwoorden beheersen.

Wat weet je al over rekenwoorden en metingen?

De lengte

De lengte is de afstand van het ene uiteinde naar het andere.

De breedte

De breedte is de afstand van de ene zijkant naar de andere.

De hoogte

De hoogte is de verticale afstand van de bodem naar de bovenkant.

De dikte

De dikte is de afstand tussen de twee zijden van een object.

De afstand

De afstand is de ruimte tussen twee punten.

De afmeting

De afmeting is de grootte van een object in termen van lengte, breedte en hoogte.

De liniaal

Een liniaal is een meetinstrument dat wordt gebruikt om lengtes te meten.

De rolmaat

Een rolmaat is een flexibele meetlint die wordt gebruikt om lengtes te meten.

Op volgorde

Op volgorde betekent dat iets in een bepaalde opeenvolging wordt geplaatst.

Ongeveer

Ongeveer betekent bij benadering of dichtbij, maar niet precies.

Verdelen

Verdelen betekent het gelijkmatig verdelen van iets in delen.

Minimaal

Minimaal betekent het kleinste mogelijke bedrag of de kleinste mogelijke hoeveelheid.

Maximaal

Maximaal betekent het grootste mogelijke bedrag of de grootste mogelijke hoeveelheid.

Het gewicht

Het gewicht is de zwaarte van een object.

De weegschaal

Een weegschaal is een instrument dat wordt gebruikt om het gewicht van objecten te meten.

Wegen

Wegen betekent het meten van het gewicht van een object.

De portie

Een portie is een bepaalde hoeveelheid voedsel of drinken.

Het totaal

Het totaal is de som van alle aantallen of hoeveelheden.

Aflezen

Aflezen betekent het verkrijgen van informatie van een meetinstrument of schaal.

Noteren

Noteren betekent het opschrijven of vastleggen van informatie.

Nauwkeurig

Nauwkeurig betekent dat iets precies en correct is.

De inhoud

De inhoud is de hoeveelheid ruimte die een object inneemt.

De maat

De maat is een bepaalde grootte of hoeveelheid.

De maatbeker

Een maatbeker is een meetinstrument dat wordt gebruikt om vloeistoffen in specifieke hoeveelheden te meten.

De liter

De liter is een eenheid van volume die wordt gebruikt om vloeistoffen te meten.

Vullen

Vullen betekent iets vullen met een bepaalde hoeveelheid vloeistof of materiaal.

De vloeistof

Een vloeistof is een stof die de eigenschap heeft om te vloeien en geen vaste vorm heeft.

De middelste

De middelste is het object of de positie die zich in het midden bevindt.

De eerste

De eerste is het object of de positie die zich op de eerste plaats bevindt.

De laatste

De laatste is het object of de positie die zich op de laatste plaats bevindt.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.