(1hv) H4 paragraaf 2 deel 2

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

• Introductie
• Uitleg paragraaf 2 blz. 59 gevolgen van, Fukushima en balans
• maken opdracht 5,6 en 8 paragraaf 1 blz.: 64
• Nabespreken paragraaf 2

Aan het einde van de les kan/weet je:

• 1: wat zijn de gevolgen van een tsunami?
  
• 2: wat is de schaal van richter?
  
• 3: ken je de begrippen uit het leerboek en het basisboek van deze paragraaf?
  

aantekeningen

aardbeving

•  Seismologen meten de trillingen van de aardkorst op de schaal van Richter.
  
• Dan weet je de kracht van de aardbeving
  
• elke stap is x 10 sterker dan de vorige
  
• 9,5: zwaarste aardbeving ooit (Chili, 1960).
  
•  Ook in Nederland soms aardbevingen Groningen: door gaswinning 

Ontstaan Tsunami

epicentrum

Het punt waar de aardbeving aan de oppervlakte komt.

Opbouw van de tsunami

• Golf komt aan de kust met hoge snelheid
• Door ondiep water remt de golf af
• Hierdoor stapelt het water op tot hoge muur van water
• Met grote kracht dendert het water het land op

Tsunami

gevolgen van een tsunami

• Als gevolg van de tsunami raakt een kernreactor in de stad Fukushima oververhit en ontplofte.
  
• bewoners in een straal van 30 km moesten het gebied verlaten voor de radioactieve straling.
  
•  Ook nu zijn de gevolgen nog merkbaar:
  
• grond is besmet
  
•  water is vervuild
  
• opruimwerkzaamheden zullen nog minimaal 40 jaar duren

gevolgen van een tsunami

• Een hoge muur van water slaat op de Japanse kust.
  
• 
  Welke schade zie je ontstaan? 
• Huizen verwoest
  
• Auto’s drijven weg
  
• Wegen onder water
  
• Bomen geknakt
  
• Electrakabels doormidden
  

Je ziet twee kolommen. Sleep de woorden naar de juiste kolom. Wat gebeurt er...

op open zee?

aan de kust?

Lage snelheid golven

Gevaar voor boten

Ongevaarlijk voor boten

Hoge snelheid golven

Hoge golven

Lage golven

Grondeffect

zelfstandig werken

lezen paragraaf gevolgen van, Fukushima en balans
maken opdracht 5,6,8 paragraaf 2 H4
gebruik hierbij:
 leerboek blz. 58/89
werkboek blz. 64
stoplicht: Rood = stil lezen en werken. Oranje = fluisteren als je wilt overleggen. Groen = normaal praat niveau met werken