Studievaardigheden les 3: toepassen in onbekende context

• Studielessen
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Reproductie: ken alle relevante en benodigde onderdelen uit de leerdoelen

Toepassen door training: oefenen in de bestaande context

Toepassen door tactisch te handelen: oefenen in een nieuwe context

Inzicht verwerven door zelfstandig keuzes te maken en te kunnen verantwoorden.

Strategieën om reproductie te oefenen

Aantekeningen en huiswerk: de basis is het maken van aantekeningen en het nauwgezet maken van huiswerk

Overhoren: (woordjes: 3x10 minuten, wisselende volgorde)

Wissen: zet alle leerstof in een tijdbalk, woordweb, schema, tabel etc. Wis delen hieruit en vul na 2 uren weer aan.

Chunks maken: maak structuur van onderdelen. Wat hoort bij elkaar?

Visualiseer: plaats de leerstof in je brein in een denkbeeldige ruimte.

Logica: zoek actief naar structuur en logica (Frans: alle woorden die eindigen op -ion/-ie zijn vrouwelijk)

Reproductie: ken alle relevante en benodigde onderdelen uit de leerdoelen

Toepassen door training: oefenen in de bestaande context

Toepassen door tactisch te handelen: oefenen in een nieuwe context

Inzicht verwerven door zelfstandig keuzes te maken en te kunnen verantwoorden.

Strategieën om met training toe te passen

• Vaktaal: zoek betekenissen van woorden uit abstracte taal en vakjargon op

• Woordweb: plaats in eigen woorden de leerstof in een woordweb. Gebruik kleuren, maak verbindingen

• Denk als een robot: zoek een vaste volgorde, regelmaat of een stappenplan. Werk dit uit in een vast recept (bèta)

• Strategie 3-2-1: noteer na afloop van een deel van de leerstof 3 dingen die belangrijk zullen zijn, schrijf 2 nieuwe inzichten op en noteer 1 vraag die je na het leren nog hebt.

Strategieën om met training toe te passen

• Rangorde: zet de leerstof in een eigen rangorde (belangrijkheid, tijd)

• Rekenvragen V6: techniek om sommen met een stappenplan op te lossen: 1) lees de tekst en vind de vraag 2) welke gegevens heb je nodig voor een oplossing? 3) herlezen en selecteren 4) volgorde van bewerking 5) berekenen 6) beredeneren of het antwoord logisch is

• Signaalwoorden gebruiken: verbind onderdelen uit de leerstof logisch met elkaar

• Reflecteren: kijk kritisch terug naar wat je hebt gedaan en noteer met welke vragen je moeite hebt

Studievaardigheden les 3: toepassen in onbekende context

Leerstrategieën om tactisch toe te passen

Transformer: bedenk verschillende situaties waarin je de leerstof kunt toepassen. Maak variaties op de vaste volgorde van berekenen. 

25-woordensamenvatting: breng de leerstof terug tot een samenvatting van 25 woorden (heel kritisch kijken naar hoofd- en bijzaken, anders verwoorden)

Uitleggen aan iemand anders: leg de leerstof uit aan een klasgenoot, ouders, broers/zussen

5W1H-vragen: werk per (deel)onderwerp een overzicht uit aan de hand van de vraagwoorden wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe.

We gaan er twee proberen in groepjes

groepje 1: 25-woorden samenvatting

groepje 2: 5W1H-vragen

groepje 3: 25-woorden samenvatting

groepje 4: 5W1H-vragen

Eerst: tekst lezen 

Geschiedenis: 

donderdag toets over H3, paragraaf 1 tot en met 4 

groepje 1: paragraaf 1

groepje 2:paragraaf 2 

groepje 3:paragraaf 3

groepje 4: paragraaf 4 

Instructies 25-wrd samenvatting

Om de kern uit zakelijke teksten te halen, kun je een 25-woorden-samenvatting maken.

Hierdoor onderscheid je de hoofd- en bijzaken van de tekst. Ook zie je meteen waar de eventuele gaten in je eigen kennis van het onderwerp zitten. Doordat je maar weinig woorden mag gebruiken, kom je tot de kern van de tekst. Bovendien moet je de tekst verschillende keren lezen om de samenvatting te kunnen maken. Daarbij maak je verschillende associaties en zul je de tekst dus beter kunnen onthouden.

Werkwijze:

Gebruik twee kleuren markers. Lees de tekst zorgvuldig door. Markeer hoofdzaken met één

kleur en de voor jouw onbekende begrippen met de andere kleur. Zoek indien nodig de onbekende begrippen op. Breng vervolgens de hoofdzaken van de tekst terug tot een samenvatting

van 25 woorden. (je mag hierbij ook woorden gebruiken die niet letterlijk in de tekst staan).

Instructies 5W1H-vragen

W-vragen zijn vragen die beginnen met een vraagwoord met een W:

 Wie?

 Wat?

 Waar?

 Wanneer?

 Waarom?

 Op Welke Wijze? (Hoe?)

Als je snel duidelijkheid wilt krijgen over hoe een tekst in elkaar zit, kun je deze vragen gebruiken. Ze maken meteen de structuur en rode draad duidelijk. Ze zijn ook handig bij het brainstormen over een onderwerp voor presentaties, werkstukken, onderzoekjes etc.

Aan de slag

groepje 1: 25-woorden samenvatting

groepje 2: 5W1H-vragen

groepje 3: 25-woorden samenvatting

groepje 4: 5W1H-vragen

Bevindingen delen