2HA bloedsomloop les 3 2425

Bloedsomloop
2HA 23/24
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Bloedsomloop
2HA 23/24

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
1. Je kent de onderdelen en functies van het hart.


Slide 2 - Diapositive

De bloedsomloop
De weg hoe het bloed door het lichaam stroomt.
  

2 bloedsomlopen:
- Kleine bloedsomloop
- Grote bloedsomloop

Slide 3 - Diapositive

3 type bloedvaten
1 = Slagaders

2 = Haarvaten

3 = Aders

Slide 4 - Diapositive

Bloedvaten
Slagaders: aanvoerende vaten. 
Aders: afvoerende vaten. 
Haarvaten: uitwisseling stoffen tussen weefsel en bloed

Slide 5 - Diapositive

Slagader vs Aders
Slagader:
- Voert het bloed weg van het hart
- Hebben een hogere bloeddruk
- Hebben een actieve spierwand
- Hebben geen kleppen
- Het bloed loopt er snel en stootsgewijs doorheen
- Hebben een voelbaar hartritme
Aders:
- Voert het bloed naar het hart
- Hebben een lagere bloeddruk
- Hebben geen gladde spieren in de wand
- De meeste hebben een terugslagklep
- Het bloed stroomt traag
- Hebben geen voelbaar hartritme

Slide 6 - Diapositive

Doorsnede van het hart
Het hart is verdeeld in 4 ruimtes:

- rechterboezem
- rechterkamer
- linkerboezem
- linkerkamer

Slide 7 - Diapositive

Rood afgebeeld bloed in een tekening is zuurstofrijk bloed
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quiz

In welk deel van het hart, stroomt zuurstofrijk bloed het hart in?
A
Linkerkamer
B
Rechterkamer
C
Linkerboezem
D
Rechterboezem

Slide 9 - Quiz

Welk bestanddeel van het bloed zorgt voor het stollen van het bloed?
A
Rode bloedcel
B
Witte bloedcel
C
Bloedplaatjes
D
Bloedplasma

Slide 10 - Quiz

Welk bestanddeel van het bloed zorgt ervoor dat er zuurstof wordt vervoerd?
A
rode bloedcellen
B
witte bloedcellen
C
bloedplasma
D
bloedplaatjes

Slide 11 - Quiz

Welk bestanddeel van bloed zorgt voor bescherming tegen ziekteverwekkers?
A
rode bloedcellen
B
witte bloedcellen
C
bloedplasma
D
bloedplaatjes

Slide 12 - Quiz


Welke drie soorten bloedvaten zijn er?
A
Aorta, slagaders en aders
B
Aorta, aders en haarvaten
C
Aorta, slagaders en haarvaten
D
Slagaders, aders en haarvaten

Slide 13 - Quiz


Bevatten slagaders zuurstofrijk bloed?
A
ja
B
nee
C
soms
D
Ze bevatten alleen heel veel koolstofdioxide

Slide 14 - Quiz

In welke bloedvaten is
de bloeddruk laag?
A
In haarvaten en aders
B
alleen in aders
C
alleen in haarvaten
D
alleen in slagaders

Slide 15 - Quiz

Gaan aderen naar het hart toe of van het hart af?
A
Naar het hart toe
B
Van het hart af

Slide 16 - Quiz

Hart-longen-hart hoort bij?
A
Kleine bloedsomloop
B
Grote bloedsomloop
C
Geen van beiden

Slide 17 - Quiz

Aan het werk...
1. Pak je plenda.
2. Schrijf op bij dinsdag 10 december:
            Maken 1 t/m 3 en 5 t/m 10 van 3.3
3. Start met het maken van deze opdrachten.

timer
20:00

Slide 18 - Diapositive

Oefenen:

www.biologiepagina.nl


Slide 19 - Diapositive