84. Deel 8b, thema 2, week 1 Taak 4.1, 4.2 en 4.3 - x / : met kommagetallen


4,5 : 0,25 =
1 / 26
suivant
Slide 1: Question ouverte
RekenenBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon


4,5 : 0,25 =

Slide 1 - Question ouverte

lesdoel 1
Ik kan delen en vermenigvuldigen met kommagetallen.

Slide 2 - Diapositive

stappenplan delen met kommagetallen
1a. Lees de som goed
1b. Als het nodig is maak dan eerst de getallen gelijk
3. Vermenigvuldig dit met
10x , 100x of 1000 x
4. Maak nu de deelsom

1 getal achter de komma = x 10
2 getallen achter de komma = x 100
3 getallen achter de komma = x 1000

Slide 3 - Diapositive


Slide 4 - Question ouverte


Slide 5 - Question ouverte


Slide 6 - Question ouverte


Slide 7 - Question ouverte

stappenplan vermenigvuldigen met kommagetallen
1a. Lees de som goed
1b. Als het nodig is maak dan eerst de getallen gelijk
3. Vermenigvuldig dit met
10x , 100x of 1000 x
4. Maak nu de deelsom

Slide 8 - Diapositive

Reken uit!
23,5 x 0,2 =

Slide 9 - Question ouverte

lesdoel
Ik kan delingen met een kommagetal schatten.

Slide 10 - Diapositive


Slide 11 - Question ouverte


Slide 12 - Question ouverte


Slide 13 - Question ouverte


Slide 14 - Question ouverte


.. liter

Slide 15 - Question ouverte


.. liter

Slide 16 - Question ouverte


€ ..

Slide 17 - Question ouverte


Slide 18 - Question ouverte


Slide 19 - Question ouverte

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

lesdoel

Ik ken van veel voorkomende breuken het bijbehorende kommagetal en andersom bijvoorbeeld in een meetcontext.

Slide 22 - Diapositive

Welk komma getal hoort bij 1/8

Slide 23 - Question ouverte

Sleepvraag


Zet de breuken en kommagetallen die  gelijk zijn bij elkaar.

1

-

5

1

-

10

3

-

4

0,1

0,2

0,75

Slide 24 - Question de remorquage

Schrijf op als breuk
vergeet niet te vereenvoudigen

Slide 25 - Question ouverte

aan het werk

 Deel 8b, thema 2, week 2
Taak 4.1 en 4.2 en 4.3

Alle opgaven
15 x plussen bij elke taak

Slide 26 - Diapositive