Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
3Mc - Vrijdag 24 september
Nodig:
- Etui
- Infowerkboek
- Ipad
Slide 1 - Diapositive
Deze les:
Herhalingsvragen
Huiswerk
Uitleg 1.2
Aan de slag
Afsluiting
Slide 2 - Diapositive
Welk begrip hoort bij deze betekenis: Periode van grote en snelle verandering in West-Europa door de komst van industrie; deze periode duurde van 1760 tot 1850.
A
Industrialisatie
B
Kapitalisme
C
Industriële revolutie
D
Monarchie
Slide 3 - Quiz
Wat is industrialisatie?
A
Een periode van grote en snelle verandering door de komst van industrie.
B
Het ontstaan van industrie (fabrieken) in een gebied waar eerst vooral landbouw was.
C
Een speciale dans.
D
Mensen die in fabrieken werken.
Slide 4 - Quiz
Welke sector ontstaat door de komst van de industrialisatie?
A
landbouwsector
B
industriesector
C
informele sector
D
dienstensector
Slide 5 - Quiz
De groei van het aantal stadsbewoners noemen we:
A
suburbanisatie
B
verdorpeling
C
formele sector
D
verstedelijking
Slide 6 - Quiz
Vul het juiste woord in: Verstedelijking is een ............... van de industrialisatie.
A
oorzaak
B
gevolg
Slide 7 - Quiz
Huiswerk
Maken:
Paragraaf 1.1
Opdracht 5, 6 en 7
Vrijdag 24 september - 7e uur
Leestekst: blz. 12 t/m 14
Opdrachten: blz. 15 en 16
Slide 8 - Diapositive
Cijfers...
Welke cijfers krijgen jullie nog terug?
Presentatie 'isme'
Werkstuk slavernij
Toetsen de rest van het jaar?
Diagnostische toetsen
Misschien later 'echte toetsen', mondeling, opdracht, verslag??
NIEUW
1.2 'Tijd van de wereldoorlogen'
Slide 9 - Diapositive
De Eerste Wereldoorlog
Slide 10 - Diapositive
Roaring Twenties
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Vidéo
Roaring twenties
In Amerika heerste er een blind vertrouwen in de economie. Dankzij de economische groei zou welvaart binnenkort voor iedereen bereikbaar zijn.
Vrijemarkteconomie: wet van vraag en aanbod bepaalt wat fabrikanten produceren.
Slide 13 - Diapositive
Crisis in Nederland
Nederland wordt zwaar door de crisis geraakt: de handel met de VS en Duitsland komt vrijwel stil te staan.
Bedrijven en fabrieken moeten de deuren sluiten.
Tussen 1929 en 1936 stijgt de werkloosheid van 22.000 naar 500.000. Dat is 1 op de 5.
Slide 14 - Diapositive
Stempelen voor 'de Steun'
Werklozen kregen alleen een uitkering als ze een volle stempelkaart hadden.
Hiervoor moeten ze 2 keer per dag in de rij staan om te stempelen.
Dit is op onregelmatige tijden , bedoeld om zwartwerken te voorkomen.
Slide 15 - Diapositive
Werkverschaffingsprojecten
Net als in andere landen probeert de overheid werklozen
aan werk te helpen met werkverschaffingsprojecten.
Grote projecten zoals het Amsterdams Bos en het Goffertpark in Nijmegen
helpen mannen aan werk en een beetje inkomen.
Slide 16 - Diapositive
Vernedering
De steun is vaak te laag, daarom moeten mensen ook andere hulp krijgen.
Zo krijg je bijvoorbeeld kleding, maar daar staat wél een stempel in: iedereen kan dat zien.
Je hoeft geen rijwielbelasting te betalen: maar ook dát kan iedereen zien
Slide 17 - Diapositive
Nederland capituleert
Na het bombardement op Rotterdam, en de Duitse dreiging om ook andere steden te bombaderen, kan Nederland niets anders dan zich overgeven.
In totaal komen in de meidagen van 1940 ongeveer 2200 mensen om het leven.
Capituleren = overgeven
15 mei 1940
Slide 18 - Diapositive
In het begin
De Duitsers gedragen zich meestal keurig en de meeste Nederlanders pakken hun normale leven op.
Alle media en organisaties werden volledig door de nazi's beheerst en gelijkgeschakeld (pro-nazi gemaakt).
Gelijkschakeling = de nazi's zorgden ervoor dat alle organisaties zeiden en deden wat de nazi's wilden.
mei 1940 - feb 1941
Slide 19 - Diapositive
Onderduiken
Een onderduiker is iemand die zich voor langere tijd verstopt voor de Duitsers.
Wie 'duiken onder'?
Joden
Verzetslieden
Arbeiders die waren opgeroepen om in Duitsland te gaan werken.
Op het hoogtepunt zijn er alleen al in Nederland ruim 350.000 mensen ondergedoken.
Slide 20 - Diapositive
De Bevrijding
De bevrijding wordt tegenwoordig gevierd op 5 mei, maar Nederland werd niet overal op 5 mei bevrijd.
Het laatste stukjes van Nederland dat bevrijdt werd was het eiland Texel. Dit werd pas op 20 mei 1945 bevrijd.
mei 1945
Slide 21 - Diapositive
De Duitsers zorgden ervoor dat alle organisaties in Nederlanden werden gelijkgeschakeld. Wat betekent dit?
A
Elke organisatie moest een gelijk aantal werknemers hebben.
B
Elke organisatie kreeg de vrijheid om te bepalen wat ze wilden.
C
Elke organisatie moest precies doen wat de Duitsers zeiden.
D
Elke organisatie moest voortaan Duits als taal gebruiken.