Grammatica 2.2 A

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Lezen 2.2 A

1 Planning en agenda

2 Stillezen
3 Gelukt met de aanvullende opdracht?

[e-mail]

4 Quizje

5 Zelfstandig werken

6 Afsluiten met Plenda!

Welkom!

stillezen

Onderwerp? Hoe vind je het onderwerp in de zin?

1. door de zin vragend te maken?
2. Wie of wat + gezegde?’
3. Wie of wat + onderwerp + gezegde?’

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

1. Alle werkwoorden in de zin.
2. De persoonsvorm.
3. Alle werkwoorden in de zin behalve de persoonsvorm.
4. Het voltooid deelwoord.

Hoe noemen we het zinsdeel: FLUISTERDE?
Het meisje fluisterde een geheim in zijn oor.

1. persoonsvorm
2. lijdend voorwerp
3. ww. gezegde
4. onderwerp

Werkwoordelijk gezegde?

Ik kan het werkwoordelijk gezegde benoemen.

1. ik
2. kan
3. benoemen
4. kan benoemen

Wat is het onderwerp?

Caro legt het onderwerp uit.

1. Caro
2. legt
3. het onderwerp
4. uit

inloggen.learnbeat.nl

Aan de slag!

Grammatica 2.2 A
Vooruit werken? Lees verder in je boek

Iets anders? Zoek een interessant nieuwsitem en zorg dat je er iets over kunt vertellen.

• Overleggen mag (op fluistertoon).
• Heb je een vraag, hand omhoog!
• Ik maak rondjes door de klas en kijk ook via learnbeat/cloudwise met jullie mee.

Agenda - Plenda

Huiswerk:

2.2 A