‹Revenir à la recherche

Wonen les 7

Wonen EIZ7
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Wonen EIZ7

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe gaat het?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke dag is het vandaag?

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat vind je van het weer vandaag?
😒🙁😐🙂😃

Slide 4 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Jaargetijden

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De bladeren vallen in de .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een ander woord voor voorjaar is .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een ander woord voor najaar is .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wij schaatsen in de .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Er zijn veel bloemen in de .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wij maken een sneeuwpop in de .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Er zijn veel wespen in de .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De auto glijdt door de ijzel in de .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bomen krijgen bladeren in de .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De zon is warm in de .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Augustus is in de .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

December is in de .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Mei is in de .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Oktober is in de .............
A
winter
B
lente
C
zomer
D
herfst

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel maanden zitten er in een jaar?
A
12
B
52
C
10
D
30

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

mei
januari
augustus
november
april
december
juni
maart
oktober
februari
juli
september

Slide 22 - Question de remorquage

Maanden van het jaar laten noemen. Daarna in de goede volgorde zetten.
Bovenaan beginnen met december.
Kies de goede maand.

Sleep het goede antwoord naar het grote vak.

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

januari, februari, ....... .
april
maart
mei

Slide 24 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

april, mei,  ....... .
juni
juli
januari

Slide 25 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

juli, augustus,  ....... .
april
november
september

Slide 26 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

oktober, november, ....... .
februari
december
september

Slide 27 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

.................., november, december.
juli, augustus, ....................... .
maart
oktober
september
februari

Slide 28 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

april, ..............., juni.
........................., februari, maart
april
mei
september
januari

Slide 29 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
2:00
wat zijn de maanden van het jaar?

Slide 30 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

De winter
De lente 
De zomer
De herfst

Slide 31 - Question de remorquage

een seizoen duurt drie maanden (3x 4= 12)
elk seizoen begint op de 21ste. 
Lente: 21 maart t/m 20 juni
Zomer: 21 juni t/m 20 september
Herfst: 21 september t/m 20 december
Winter: 21 december t/m 20 maart
Welke maand hoort bij welk seizoen?
januari
februari
maart
april
mei
juni
juli
augustus
september
october
november
december

Slide 32 - Question de remorquage

Eerst de plaatjes bespreken.
Kijk jij elke ochtend naar het weerbericht?
Ja
Nee

Slide 33 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Het weerbericht
De temperatuur

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

0

Slide 35 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions



  1.  Je kunt zelf een weerbericht presenteren (buiten!)
  2. Je neemt een filmpje/ geluidsfragment op.
mijn weerbericht

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Je gaat in tweetallen naar buiten:
  • Bespreek samen wat er gezegd gaat worden.
  • Oefen eerst.
  •  1 vertelt het weerbericht, de ander filmt.
  • Stuur je filmpje via WhatsApp.
Opdracht 

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelf werken
timer
30:00

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Plus de leçons comme celle-ci

De kalender

- Leçon avec 10 diapositives
W.O.Lager onderwijs

Uren, weken, maanden

- Leçon avec 42 diapositives
NT2ISK

Seizoenen oefenen Lowan Seizoenen

- Leçon avec 29 diapositives
NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Seizoenen oefenen Lowan Seizoenen

- Leçon avec 27 diapositives
NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Jaap is boer - luisterles

- Leçon avec 12 diapositives
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Jaap is boer - luisterles

- Leçon avec 12 diapositives
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Jaap is boer - luisterles

- Leçon avec 12 diapositives
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Uren, weken, maanden

- Leçon avec 43 diapositives
NT2ISK