Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Leerjaar 2 - Persoonlijk voornaamwoord en voorzetsels vierde naamval
Persoonlijk voornaamwoord en voorzetsels 4e naamval
Grammatik B, Seite 21
1 / 22
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Cette leçon contient
22 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Persoonlijk voornaamwoord en voorzetsels 4e naamval
Grammatik B, Seite 21
Slide 1 - Diapositive
create.kahoot.it
Slide 2 - Lien
Doel van deze les
Aan het eind van de les:
ken ik de voorzetsels met de 4e naamval en kan ik ze toepassen.
ken ik het persoonlijk voornaamwoord en kan deze in de 1e en in de 4e naamval toepassen.
Slide 3 - Diapositive
Persoonlijk
voornaamwoord
1e naamval
ich
ik
du
jij
er
hij
sie
zij (ev)
es
het
wir
wij
ihr
jullie
sie
zij (mv)
Sie
u
Slide 4 - Diapositive
Persoonlijk
voornaamwoord
4e naamval
mich
mij
dich
jou
ihn
hem
sie
haar
es
het
uns
ons
euch
jullie
sie
hen
Sie
u
Slide 5 - Diapositive
Voorzetsels
Na onderstaande voorzetsels volgt een 4e naamval:
- durch (door)
- für (voor)
- gegen (tegen)
- ohne (zonder)
- um (om)
- bis (tot)
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Vidéo
Vertaal de voorzetsels:
door
voor
tegen
zonder
om
tot
durch
für
gegen
ohne
um
bis
Slide 8 - Question de remorquage
Personalpronomen Akkusativ (4e naamval)
mich
es
uns
euch
sie (mv)
sie (ev)
dich
Sie
ihn
mij
haar
ons
jou
hen
het
jullie
u
hem
Slide 9 - Question de remorquage
1. Wat betekent 'voor hem' in het Duits?
A
für ihn
B
für er
C
für dich
D
für sie
Slide 10 - Quiz
2. Wat is 'om jullie' in het Duits?
A
um dich
B
um euch
C
um ihr
D
ohne ihn
Slide 11 - Quiz
3. -> 1e en 4e naamval van: ik en mij
A
ich - mich
B
ich - mir
C
ich - dich
D
ich - dir
Slide 12 - Quiz
4. -> 1e en 4e naamval van: wij en ons
A
wir - mich
B
wir - es
C
wir - euch
D
wir - uns
Slide 13 - Quiz
5. Die Lehrerin hat eine Übung für (ons).
A
wir
B
uns
Slide 14 - Quiz
6. Wenn ihr nicht schnell kommt, gehe ich ohne (jullie).
A
ihr
B
euch
Slide 15 - Quiz
7. Der Lehrer kümmert sich um (hem).
A
ihn
B
er
Slide 16 - Quiz
8. Was hast du eigentlich gegen (haar)?
Slide 17 - Question ouverte
9. Ich habe ein Geschenk für (u) mitgebracht.
Slide 18 - Question ouverte
10. Durch (jou) habe ich Tim kennengelernt.
Slide 19 - Question ouverte
Huiswerk
Leren:
Grammatik B, Seite 21
Maken:
Aufgabe 1, Seite 16
Aufgabe 9, Seite 21
Slide 20 - Diapositive
12:45u
Wat heb jij vandaag geleerd?
Slide 21 - Diapositive
Das war es für heute!
Tschüss!!
Slide 22 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Persoonlijke voornaamwoorden en voorzetsels 3e naamval
November 2024
- Leçon avec
19 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Leerjaar 3 - Persoonlijk voornaamwoord en voorzetsels vierde naamval
February 2025
- Leçon avec
23 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Grammatik - Persoonlijke voornaamwoorden 1e en 4e naamval/ Voorzetsels 4e naamval
September 2023
- Leçon avec
18 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Grammatik - Persoonlijke voornaamwoorden 1e en 4e naamval/ Voorzetsels 4e naamval
March 2024
- Leçon avec
15 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
DHA2A H7 Grammatik - Pers vnw 1e en 4e naamval/ Vz 4e naamval
28 days ago
- Leçon avec
22 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
persoonlijk voornaamwoorden naamvallen
October 2024
- Leçon avec
46 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t, vwo
Leerjaar 3
Leerjaar 2 - Persoonlijk voornaamwoord en voorzetsels vierde naamval
January 2025
- Leçon avec
19 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Persoonlijke voornaamwoorden en voorzetsels 3e naamval
May 2023
- Leçon avec
15 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3