Les 2 - Formatieproces

Les 2 - Formatieproces
Burgerschap 
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
BurgerschapMBOStudiejaar 1,2

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Les 2 - Formatieproces
Burgerschap 

Slide 1 - Diapositive

Op 22 november ging Nederland naar de stembus voor de Tweede Kamerverkiezingen. Wat gebeurt er nu alle stemmen zijn geteld? 

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Lien

Wat weet je na deze les?
  • Je kunt uitleggen hoe er na de verkiezingen een nieuwe regering wordt gevormd.
  • Je kunt het gehele formatieproces uitleggen.
  • Je kent de volgende begrippen: formatieproces, verkenner, informateur, formateur, coalitie, oppositie, gedoogsteun, meerderheidskabinet & minderheidskabinet

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Tot 2012 had de koning de rol van verkenner.
Nu gaat de voorkeur uit naar een persoon met afstand tot de politiek.

Slide 7 - Diapositive

Hoe heet de nieuwe formateur?

Slide 8 - Question ouverte

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Hoeveel dagen denk je dat het in Nederland gemiddeld duurt tot er een nieuw kabinet is gevormd?

Slide 12 - Question ouverte

Regering ≠ Kabinet
De regering bestaat uit de Koning en de ministers
Het kabinet bestaat uit ministers en staatssecretarissen


Dagelijks bestuur van Nederland

Slide 13 - Diapositive

Samenvattend
  • Coalitie: de partijen die met elkaar samenwerken in het kabinet
  • Het Kabinet/Regering is het dagelijks bestuur en heeft een uitvoerende functie (ministers en staatssecretarissen) 
  • Oppositie: de partijen die niet deelnemen aan het kabinet. Zij hebben een controlerende functie in de Tweede Kamer. 
Het Kabinet heeft een meerderheid in de Tweede Kamer nodig om goed te kunnen regeren. 

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Laten we nu eens kijken wat je nog weet van deze les... 

Slide 16 - Diapositive

Hoeveel zetels moet je hebben voor een meerderheid in de Tweede Kamer?
A
51
B
75
C
76
D
150

Slide 17 - Quiz

Een coalitie bestaat in Nederland altijd uit twee of meer partijen
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quiz

Welk begrip hoort bij de omschrijving ‘een overeenkomst tussen coalitiepartijen over het te voeren beleid in de regeerperiode van vier jaar’.
A
regeerakkoord
B
compromis
C
formatief akkoord
D
formatiehandeling

Slide 19 - Quiz

Waartoe leidt de formatie?
A
Het benoemen van fractievoorzitters
B
Verdeling van de Kamerzetels
C
De aanstelling van een nieuw kabinet
D
De vorming van een nieuwe oppositie.

Slide 20 - Quiz

Stelling: de formatie duurt in Nederland meestal kort (2-4 weken) doordat partijen snel tot compromissen komen.
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quiz

Wat is de juiste volgorde voor de formatie van een kabinet?
A
regeerakkoord - formateur - informateur - beëdiging kabinet
B
formateur - regeerakkoord - informateur - beëdiging kabinet
C
informateur - formateur - regeerakkoord - beëdiging kabinet
D
informateur - regeerakkoord - formateur - beëdiging kabinet

Slide 22 - Quiz

Stelling: de formateur wordt meestal de minister-president
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Lien

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Vidéo

Slide 29 - Diapositive

Geef aan of jij vindt of er een meerderheid -of minderheidskabinet moet komen en leg uit waarom.

Slide 30 - Question ouverte

Slide 31 - Diapositive

– een timeline maken van het formatieproces.
– de hoofdrolspelers beschrijven.
– de mogelijke coalities berekenen.
– beschrijven waarom sommige partijen elkaar uitsluiten van samenwerking

Slide 32 - Diapositive

Wat weet je na deze les?
  • Beschrijf de volgende stappen in tweetallen:
  • Je kunt het gehele formatieproces uitleggen: 

  • Je kent de volgende begrippen en omschrijf de betekenis in een Word document: formatieproces, verkenner, informateur, formateur, coalitie, oppositie, gedoogsteun, meerderheidskabinet & minderheidskabinet

Slide 33 - Diapositive