1.3 Basisbehoeften, arm en rijk

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Basisbehoeften, arm en rijk

1.3

1. Herhaling

2. Leervragen 1.3

3. Uitleg

4. Werktijd

5. Afsluiting

Planning

Noem de belangrijkste verschillen tussen jager-verzamelaars en landbouwsamenleving. 

Jager-verzamelaars

Landbouwsamenleving

Leervragen

Wat zijn basisbehoeften?

Belangrijke vragen bij 1.3

Wat is het verschil tussen arme en rijke landen (wonen en werken)?

Wat is het verschil tussen welvaart en welzijn?

Wat is het bnp per hoofd?

Wonen en werken

Wat zijn kenmerken van wonen in arme landen?

Wat is een krottenwijk?

Hebben mensen in arme landen een vaste baan of niet?

Opdracht arm of rijk?

Je gaat naar de website (zie de volgende slide). 

Kies 1 arme familie én 1 rijke familie uit. 

Hoe zie je dat ze rijk / arm zijn? Leg je antwoord uit.

Denk hierbij aan de basisbehoeften.

www.gapminder.org

Werktijd

STAP 1

STAP 2

KLAAR ?

Maak opdrachten 2 t/m 5 

Hoe?

• In tweetallen of alleen
• Zachtjes overleggen
• Vraag? Steek je vinger op

Opdrachten nakijken

Hoe?

• Verbeteren met een andere kleur pen
• Klaar? Laten zien aan de leraar

Verder werken cursus 1.3

Hoe?

• In tweetallen of alleen
• Zachtjes overleggen
• Vraag? Steek je vinger op

Basisbehoeften, arm en rijk

1.3

1. Herhaling

2. Leervragen 1.3

3. Uitleg

4. Werktijd

5. Afsluiting

Planning

Noem 3 verschillen tussen arme en rijke landen.

Leervragen

Wat zijn basisbehoeften?

Belangrijke vragen bij 1.3

Wat is het verschil tussen arme en rijke landen (wonen en werken)?

Wat is het verschil tussen welvaart en welzijn?

Wat is het bnp per hoofd?

Welvaart of welzijn?

Rijkdom van een land gemeten op geld:

bnp per hoofd.

Rijkdom van een land gemeten op levensomstandigheden:

gezondheid, onderwijs en koopkracht.

Welvaart

Welzijn

Werktijd

STAP 1

STAP 2

KLAAR ?

Maak opdrachten 7 t/m 9

Hoe?

• In tweetallen of alleen
• Zachtjes overleggen
• Vraag? Steek je vinger op

Opdrachten nakijken

Hoe?

• Verbeteren met een andere kleur pen
• Klaar? Laten zien aan de leraar

Herhaling (blz. 34) of Verdieping (blz. 35) maken

Hoe?

• In tweetallen of alleen
• Zachtjes overleggen
• Vraag? Steek je vinger op