Samenvatting 2.1 en 2.2

1BK2: Mens en Maatschappij
Samenvatting 2.1 en 2.2
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 25 diapositives, avec diapositives de texte et 5 vidéos.

Éléments de cette leçon

1BK2: Mens en Maatschappij
Samenvatting 2.1 en 2.2

Slide 1 - Diapositive

Hoofdstuk 2
Mens en aarde
2.1  De Romeinse samenleving

Slide 2 - Diapositive

Aan het einde van deze paragraaf:
• weet je hoe het Romeinse keizerrijk ontstond en bestuurd werd;
• begrijp je hoe de Rijn de grens van het Romeinse rijk werd en kun je
uitleggen hoe de Romeinen met de volken rond de grens omgingen;
• kun je voorbeelden geven van romanisering en kun je uitleggen hoe de
mensen in de Romeinse samenleving leefden;
• weet je wat met oudheid en met de Grieks-Romeinse cultuur bedoeld
wordt.

Slide 3 - Diapositive

De Romeinen
2de tijdvak: de tijd van Grieken en Romeinen
Dit duurde van 3000 v.C tot 500 n.C

een andere naam voor deze tijd is: de oudheid

Slide 4 - Diapositive

Romeinse veroveringen

Alle veroverde gebieden samen werden 1 rijk: Het Romeinse rijk
De baas van dit rijk was de keizer

Alle volken in het rijk moesten zich houden aan de wetten en het bestuur van de keizer

Slide 5 - Diapositive

Het Romeinse rijk

Slide 6 - Diapositive

Het Romeinse bestuur
De ambtenaren hielpen de keizer met het ophalen van belasting.

Alles wat te maken heeft met het besturen van een gebied noem je: politiek

Gebied met eigen grens en bestuur noem je een staat

Rijk = staat
 Keizer

Ambtenaren

volk

slaven


Slide 7 - Diapositive

De grens van het rijk
De samenwerking die de Romeinen hadden met de Germanen noem je een bondgenootschap

De afspraken die zij maakten schreven ze op in een verdrag


Slide 8 - Diapositive

Leven in Romeinse rijk
De Romeinen hadden grote steden maar de meeste mensen leefden op het platteland van de landbouw.

De Romeinse rijk was dus een landbouwstedelijke samenleving


Slide 9 - Diapositive

Leven in Romeinse rijk
De overwonnen volken namen de cultuur van de Romeinen over. Dat noem je romanisering




Wat namen ze bijvoorbeeld over?
  • taal
  • kleding
  • goederen zoals olie, glaswerk, wijn
  • gebouwen
  • goden (geloof)

Slide 10 - Diapositive

Grieks-Romeinse cultuur
Wat wordt bedoeld met de Grieks-Romeinse cultuur?
De Romeinen bewonderden de Griekse cultuur en namen er veel van over

  • kunst zoals beelden en schilderijen
  • bouwstijl
  • Goden

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Slide 13 - Vidéo

Paragraaf 2.2
Van meerdere goden naar 1 god

Slide 14 - Diapositive

Aan het einde van deze paragraaf:
• kun je uitleggen welk geloof de Romeinen hadden; 
• weet je hoe uit het jodendom het christendom ontstond;
• weet je hoe in het Romeinse rijk godsdienstvrijheid kwam en hoe de
katholieke kerk georganiseerd is; 
• weet je hoe het Romeinse rijk aan zijn einde kwam.

Slide 15 - Diapositive

Geloof van de Romeinen

De Romeinen geloofden in meerdere goden en godinnen.


De Romeinen vereerden hun goden in een
tempel

De stenen palen van een tempel noem je 
zuilen


Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Jodendom en Christendom
Jodendom
Synagoge = Joods gebedshuis
Thora = Heilig boek van de Joden

Christendom
Kerk = christelijk gebedshuis
Bijbel = Heilig boek van de christenen


Slide 18 - Diapositive

Een nieuwe staatsgodsdienst
Het gaat slecht in het Romeinse rijk: oorlog, honger en ziektes  -> De christenen kregen de schuld. 

Het christendom werd verboden: christenen werden gemarteld en gedood

Dit verandert rond het jaar 300
Keizer Constantijn werd christen. Hij gaf de mensen het recht op godsdienstvrijheid

Rond het jaar 400 werden alle godsdiensten verboden. Het christendom werd toen de
staatsgodsdienst

Slide 19 - Diapositive

Nieuwe staatsgodsdienst
Nieuwe plek nodig om samen te komen en te bidden: de kerk
De kerk werd ook een organisatie van de christenen

De organisatie (de kerk) verdeelde het rijk in provincies: 
De leider in een kerkprovincie was de bisschop

De leider van Rome en de kerk heet de paus
Hij is nogsteeds de leider van de katholieke kerk



Slide 20 - Diapositive

Ondergang van het Romeinse rijk

Volksverhuizingen: Volken gingen verhuizen door hongersnood

Rond 500 viel het West-Romeinse rijk uit elkaar

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Vidéo

Wat moet je leren voor de toets
  • Leerdoelen (gele vak op het begin van de paragraaf)
  • Samenvatting (gele vak op het einde van de paragraaf)
  • Blauwe teksten 1x goed doorlezen
  • Belangrijke opdrachten in werkboek met uitroepteken !!
  • De begrippen van 2.1 en 2.2 op blz. 84

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Slide 25 - Vidéo