B1B LES 2.3 Weefsels

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Welkomm

Tassen van tafels

Telefoon in kluis of tas

Laptop en boeken op tafels

Regels/Afspraken

• Telefoon in de kluis of tassen -> zie ik je telefoon -> 16:00 ophalen bij de receptie
  
• Niet eten in het lokaal, drinken mag wel (water) -> geen energydranken
  
• Respectvol met elkaar omgaan
  
• Niet schelden
  
• Er wordt niet gestoeid/gevochten
• We praten allemaal Nederlands
  
• Luisteren naar elkaar
  

Planning 

• Terugblik 
• Leerdoelen
• BS 3: Weefsels
• Leerdoelen checken
• Zelfstandig aan de slag
• Afsluiten

Terugblik

Opdracht 5

Begrippen voor vandaag

Huidmondjes

Cambium

Jaaring

Cellen

Weefsel

Tussenstof

Opperhuid

Aan het einde van deze les kan ik:

Je kunt weefsels van mensen en planten noemen met hun functie.

Je weet dat een organisme bestaat uit cellen.

Aan het einde van de les kan je de begrippen 'weefsel' en 'cellen' uitleggen.

Thema 2 - Organen en Cellen

Thema 2: Organen en Cellen

groot 

organisme

orgaanstelsel

orgaan

weefsel

cel

klein

Cellen

• Cellen zijn kleine bouwstenen van organismen.
  
• Alles wat leeft, bestaat uit cellen.
  
• Er zijn veel verschillende cellen.

• Alleen zichtbaar onder een microscoop (=2D)
• De vorm van de cel heeft te maken met de functie

Cellen onder de microscoop

cellen in een vliesje van een ui

cellen in de huid van een mens

Weefsels

Een groep cellen met dezelfde vorm en functie noem je een weefsel.

Organen zijn vaak opgebouwd uit meerdere weefsels

weefsels in het hart

tussencelstof

In weefsel zit tussencelstof tussen de cellen. 

tussencelstof kan hard zijn of een vloeistof.

Botweefsel

(hard)

Hersenweefsel

(vloeibaar)

Tussencelstof

Weefsel planten

DeDe

De boven- en onderkant van de plant bestaat uit één laag cellen, dit weefsel heet opperhuid 

Weefsels van planten

Opperhuid: Bovenkant en onderkant van het blad en biedt bescherming.

Huidmondje: bestaat uit twee langwerpige cellen met daartussen een kleine opening.

Koolstofdioxide opnemen 

Zuurstof afgeven

Regelt hoeveelheid  verdamping van water 

Huidmondjes 

Huidmondjes 

• In het blad zitten huidmondjes. Dit zijn kleine openingen waardoor stoffen naar buiten kunnen. 
• Water verdampt (net als bij thee) uit de bladeren
• Het aanzuigen van water door de huidmondjes heet zuigkracht van de bladeren. 

Weefsel van een boom

Het cambium is een weefsel wat vlak onder de schors ligt en nieuw hout aanmaakt richting het midden van de stam.

jaarringen

Jaarring: het hout dat een boom in één jaar vormt (één licht en donker laagje houd samen) 

lengte: boom groeit  hard - houtcellen groot en licht van kleur

Zomer: boom groeit minder hard - houtcellen klein en donker van kleur

herfst en winter groeit boom niet!

check leerdoelen...

Wat zijn weefsels en cellen?

Waarom sluiten de huidmondjes als het droog is?

1. Dan vindt er minder verdamping plaats.
2. Dan heeft de plant minder koolstofdioxide nodig.
3. Anders wordt de plant opgegeten.
4. Daar is geen reden voor.

Een cactus in een woestijn heeft veel huidmondjes?

1. Waar
2. Niet waar

Planten hebben huidmondjes in de bladeren zitten. Wat gebeurt er in de huidmondjes?

1. Koolstofdioxide gaat het blad in en zuurstof het blad uit.
2. Zuurstof gaat het blad in en koolstofdioxide het blad uit.

Begrippen voor vandaag

Huidmondjes= twee langwerpige cellen in de opperhuid. Hier vindt gaswisseling plaats. Als het warm en droog is sluiten de huidmondjes.

Cambium= een laagje weefsel dicht onder de schors, waaruit nieuw hout groeit.

Jaarring= het lengtehout (licht)+ zomerhout (donker). Dit is hout dat in 1 jaar wordt gevormd.

Cellen= kleinste bouwstenen in het lichaam.

Weefsel = een groep cellen met dezelfde vorm en functie.

Tussencelstof= vloeistof of een harde stof tussen de cellen.

Opperhuid= Een laag dezelfde cellen aan de boven- en onderkant van een blad.

wat	Opdrachten van 2.3 1 t/m 8 Online
Hoe	Lees de tekst van 2.3 weefsels (kan ook online)
Hulp	1) boek 2) medeleerling 3 ) docent
Tijd	Eerst in stilte -> daarna rustig overleggen.
Klaar	Klaar? - Maak de plus opdracht 9 - Lees BS 4 door - Oefen met biologiepagina